ECLI:NL:RVS:2024:3794
Raad van State
- Hoger beroep
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen afwijzing verblijfsvergunning asiel voor vreemdeling
Op 15 juni 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank, die op 14 december 2023 het beroep gegrond verklaarde en het besluit van de staatssecretaris vernietigde. De rechtbank bepaalde dat de staatssecretaris een nieuw besluit moest nemen met inachtneming van de uitspraak. De staatssecretaris heeft vervolgens hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
In het hoger beroep betoogt de minister van Asiel en Migratie dat de vreemdeling onder het beleid voor teruggekeerde Syriërs valt, zoals neergelegd in de Vreemdelingencirculaire 2000. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in een eerdere uitspraak geoordeeld dat de bewijslastverdeling in de individuele beoordeling van het risico op ernstige schade voor Syriërs correct is. De Afdeling concludeert dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat de minister niet voldoende heeft gemotiveerd dat de vreemdeling niet onder de presumptie van een reëel risico op ernstige schade valt.
De Afdeling verklaart het hoger beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de rechtbank en wijst de zaak terug naar de rechtbank voor verdere behandeling. De rechtbank moet de onbesproken gronden van beroep, waaronder de individuele beoordeling van het risico op ernstige schade, alsnog bespreken. De minister hoeft geen proceskosten te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. H.G. Sevenster, lid van de enkelvoudige kamer, en is openbaar uitgesproken op 23 september 2024.