ECLI:NL:RVS:2024:887
Raad van State
- Hoger beroep
- H.G. Sevenster
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep vreemdeling tegen niet in behandeling nemen asielaanvraag
Op 4 april 2023 heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid een aanvraag van een vreemdeling om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen. De vreemdeling heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Rotterdam, die op 2 juni 2023 het beroep ongegrond verklaarde. De vreemdeling, vertegenwoordigd door advocaat A. Simicevic, heeft vervolgens hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
Tijdens de procedure heeft de staatssecretaris, op verzoek van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, nadere schriftelijke inlichtingen verstrekt. De vreemdeling heeft hierop gereageerd. Na het indienen van het hoger beroep heeft de staatssecretaris de asielaanvraag van de vreemdeling alsnog in behandeling genomen. Hierdoor heeft de vreemdeling zijn doel bereikt, wat betekent dat hij onvoldoende belang heeft bij een inhoudelijke beoordeling van het hoger beroep.
De Afdeling bestuursrechtspraak heeft geoordeeld dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is, omdat de vreemdeling zijn doel met de asielaanvraag heeft bereikt. De staatssecretaris is niet verplicht om de proceskosten te vergoeden, aangezien hij de aanvraag alsnog in behandeling heeft genomen als gevolg van tijdsverloop. De beslissing is genomen door mr. H.G. Sevenster, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. A.M. van Meurs-Heuvel, griffier. De uitspraak is openbaar gedaan op 4 maart 2024.