ECLI:NL:RVS:2025:4268

Raad van State

Datum uitspraak
4 september 2025
Publicatiedatum
4 september 2025
Zaaknummer
202405710/1/V3
Instantie
Raad van State
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen afwijzing verblijfsvergunning asiel door minister van Asiel en Migratie

Op 2 juli 2024 heeft de minister van Asiel en Migratie een aanvraag van appellant om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen. Appellant heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg. De rechtbank heeft op 2 september 2024 het beroep ongegrond verklaard. Appellant, vertegenwoordigd door mr. S.A.M. Fikken, heeft vervolgens hoger beroep ingesteld. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de rechtsvraag over het interstatelijk vertrouwensbeginsel voor België behandeld in een eerdere uitspraak op 23 juli 2025. De Afdeling heeft geoordeeld dat de grief van appellant slaagt en het hoger beroep gegrond is. De uitspraak van de rechtbank is vernietigd en het besluit van de minister van 2 juli 2024 is eveneens vernietigd. De minister is veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van appellant, die op € 2.721,00 zijn vastgesteld, geheel toe te rekenen aan beroepsmatige rechtsbijstand. De uitspraak is openbaar gedaan op 4 september 2025.

Uitspraak

202405710/1/V3.
Datum uitspraak: 4 september 2025
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:
[appellant],
appellant,
tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, van 2 september 2024 in zaak nr. NL24.27058 in het geding tussen:
appellant
en
de minister van Asiel en Migratie.
Procesverloop
Bij besluit van 2 juli 2024 heeft de minister een aanvraag van appellant om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen, niet in behandeling genomen.
Bij uitspraak van 2 september 2024 heeft de rechtbank het daartegen door appellant ingestelde beroep ongegrond verklaard.
Tegen deze uitspraak heeft appellant, vertegenwoordigd door mr. S.A.M. Fikken, advocaat in Made, hoger beroep ingesteld.
De minister heeft op verzoek van de Afdeling nadere schriftelijke inlichtingen gegeven.
Overwegingen
1.       De door appellant in zijn enige grief opgeworpen rechtsvraag over het interstatelijk vertrouwensbeginsel voor België, heeft de Afdeling beantwoord in haar uitspraak van 23 juli 2025, ECLI:NL:RVS:2025:3305, onder 5 tot en met 5.7. De overwegingen in die uitspraak zijn hier van overeenkomstige toepassing. Hieruit volgt dat de grief slaagt.
2.       Het hoger beroep is gegrond. De Afdeling vernietigt de uitspraak van de rechtbank. Het beroep is gegrond en de Afdeling vernietigt het besluit van 2 juli 2024. De minister moet de proceskosten vergoeden.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:
I.        verklaart het hoger beroep gegrond;
II.       vernietigt de uitspraak van de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, van 2 september 2024 in zaak nr. NL24.27058;
III.      verklaart het beroep gegrond;
IV.     vernietigt het besluit van 2 juli 2024, V-[...];
V.      veroordeelt de minister van Asiel en Migratie tot vergoeding van bij appellant in verband met de behandeling van het beroep en het hoger beroep opgekomen proceskosten tot een bedrag van € 2.721,00, geheel toe te rekenen aan door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
Aldus vastgesteld door mr. V.V. Essenburg, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. N.A. de Jong, griffier.
w.g. Essenburg
lid van de enkelvoudige kamer
w.g. De Jong
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 4 september 2025
981