ECLI:NL:CBB:2023:657

College van Beroep voor het bedrijfsleven

Datum uitspraak
28 november 2023
Publicatiedatum
24 november 2023
Zaaknummer
20/1216
Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Tussenuitspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Intrekking van het verzoek tot prejudiciële beslissing in het kader van LNV-subsidies

Op 28 november 2023 heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven een tussenuitspraak gedaan in de zaak tussen [naam] B.V. en de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, onder zaaknummer 20/1216. Deze uitspraak volgt op een eerdere uitspraak van het College van 6 juni 2023, waarin het Hof van Justitie van de Europese Unie was verzocht om een prejudiciële beslissing te geven over een geformuleerde vraag. Echter, door een gewijzigd standpunt van de minister, dat op 27 september 2023 aan het College is kenbaar gemaakt, heeft het College besloten het verzoek tot prejudiciële beslissing in te trekken. Het gewijzigde standpunt maakt de gestelde prejudiciële vraag niet langer relevant voor de beslechting van het geschil, waardoor het belang aan die vraag is komen te ontvallen.

Het College heeft partijen de gelegenheid gegeven om binnen twee weken na de datum van deze uitspraak aan te geven of zij nader ter zitting willen worden gehoord, voordat het College het onderzoek in deze zaak sluit. De beslissing is genomen door de rechters J.L. Verbeek, A. Venekamp en H. van den Heuvel, in aanwezigheid van griffier P.E.A. Chao, en is openbaar uitgesproken op 28 november 2023.

Uitspraak

tussenuitspraak

COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN

zaaknummer: 20/1216

tussenuitspraak van de meervoudige kamer van 28 november 2023 in de zaak tussen

[naam] B.V., te [woonplaats] (het landbouwbedrijf)

(gemachtigde: ir. J.C.M. de Koning)
en

de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

(gemachtigde: mr. J.H. Verheul-Verkaik).

Procesverloop

Voor het procesverloop in deze zaak verwijst het College naar zijn uitspraak van 6 juni 2023 (ECLI:NL:CBB:2023:279) waarbij, onder aanhouding van iedere verdere beslissing, het Hof van Justitie van de Europese Unie (het Hof) is verzocht bij wijze van prejudiciële beslissing uitspraak te doen op de in die uitspraak geformuleerde vraag.

Overwegingen

Vanwege een gewijzigd standpunt van de minister, dat hij het College bij brief van
27 september 2023 kenbaar heeft gemaakt, ziet het College aanleiding het bij het Hof ingediende verzoek tot een prejudiciële beslissing (door het Hof vernummerd tot zaak
C-354/23) in te trekken. Met dat gewijzigde standpunt is de gestelde prejudiciële vraag namelijk niet langer relevant voor de beslechting van het onderhavige geschil waarmee het belang aan die vraag is komen te ontvallen.
Alvorens het College het onderzoek in deze zaak zal sluiten, stelt het partijen in de gelegenheid om binnen twee weken na de datum van deze uitspraak kenbaar te maken of zij nader ter zitting willen worden gehoord.

Beslissing

Het College:
- trekt het verzoek tot een prejudiciële beslissing van het Hof in;
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Deze beslissing is gedaan door mr. J.L. Verbeek, mr. A. Venekamp en mr. H. van den Heuvel, in aanwezigheid van mr. P.E.A. Chao, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 28 november 2023.
w.g. J.L. Verbeek w.g. P.E.A. Chao