ECLI:NL:CRVB:2014:4108
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- C. van Viegen
- J.F. Bandringa
- P.W. van Straalen
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag voor incidentele aanvullende uitkering op basis van statistische criteria
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 9 december 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. Het betreft een afwijzing van een aanvraag voor een incidentele aanvullende uitkering (IAU) door het college van burgemeester en wethouders van Middelburg. De aanvraag werd afgewezen omdat niet voldaan werd aan de statistische criteria zoals gesteld in artikel 15, vijfde lid, van de Regeling WWB en WIJ. De Toetsingscommissie WWB (TC) had de door appellant gegeven analyse van de arbeidsmarktsituatie in Middelburg beoordeeld, maar kwam tot de conclusie dat er geen uitzonderlijke situatie op de arbeidsmarkt was. De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid steunde het advies van de TC en handhaafde de afwijzing van de aanvraag.
De Raad heeft vastgesteld dat de TC twee criteria hanteert voor de beoordeling van de uitzonderlijkheid van de arbeidsmarktsituatie, namelijk de ontwikkeling van de werkloze beroepsbevolking en het aantal niet werkende werkzoekenden. In dit geval werd niet voldaan aan de statistische criteria, waardoor de TC de aanvullende analyse van de appellant niet overtuigend vond. De Raad heeft de argumenten van appellant, waaronder de stijging van het aantal niet werkende werkzoekenden en de daling van vacatures, niet voldoende geacht om te concluderen dat er sprake was van een uitzonderlijke situatie. De staatssecretaris heeft de TC gevolgd in zijn oordeel en de rechtbank heeft de staatssecretaris in zijn standpunt gelijk gegeven.
De Centrale Raad van Beroep heeft de aangevallen uitspraak bevestigd en geoordeeld dat de afwijzing van de aanvraag terecht was. Er was geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten, aangezien het hoger beroep niet slaagde.