ECLI:NL:CRVB:2017:4063
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Herziening van ongehuwdenpensioen op basis van gezamenlijke huishouding en rechtmatigheid van huisbezoek
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 21 november 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beslissing van de Sociale verzekeringsbank (Svb) betreffende de herziening van het ongehuwdenpensioen van appellant. Appellant ontving sinds april 2007 een ongehuwdenpensioen op basis van de Algemene Ouderdomswet (AOW). Naar aanleiding van een anonieme tip dat appellant samenwoonde met een andere persoon, heeft de Svb een onderzoek ingesteld. Dit onderzoek omvatte onder andere een huisbezoek op 3 juli 2014, waarvoor appellant toestemming gaf, maar de Raad oordeelt dat deze toestemming niet op basis van 'informed consent' is verleend. De Raad concludeert dat er geen redelijke grond was voor het huisbezoek en dat de bevindingen van dit huisbezoek niet gebruikt mogen worden voor de besluitvorming over het recht op ouderdomspensioen. De rechtbank Gelderland had het beroep van appellant tegen het besluit van de Svb ongegrond verklaard, maar de Centrale Raad van Beroep vernietigt deze uitspraak en verklaart het beroep gegrond. De Svb wordt opgedragen een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen, waarbij rekening gehouden moet worden met de uitspraak van de Raad. Tevens wordt de Svb veroordeeld in de proceskosten van appellant.