Uitspraak
mr. Voogt verschenen. Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. R.A. Kneefel.
OVERWEGINGEN
29 april 2014 geen recht heeft op een uitkering ingevolge de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA), omdat de mate van zijn arbeidsongeschiktheid minder is dan 35%. Het bezwaar van appellant tegen dit besluit is bij besluit van 18 februari 2015 (bestreden besluit) ongegrond verklaard. Het bestreden besluit berust op het standpunt dat appellant met inachtneming van de voor hem in een Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van
11 december 2014 vastgestelde beperkingen in staat is de voor hem door de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep geselecteerde functies van productiemedewerker industrie (SBC-code 111180), machinaal metaalbewerker (SBC-code 264122) en medewerker tuinbouw (SBC-code 111010) te vervullen.
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- veroordeelt het Uwv in de proceskosten van appellant tot een bedrag van € 1.980,-;
- bepaalt dat het Uwv aan appellant het in beroep en in hoger beroep betaalde griffierecht van in totaal € 169,- vergoedt.