ECLI:NL:CRVB:2018:1159
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Intrekking en terugvordering van bijstand in verband met inkomsten uit casino en niet duurzaam gescheiden leven
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De appellanten, een echtpaar, ontvingen bijstand op basis van de Wet werk en bijstand (WWB) maar de gemeente Tholen heeft deze bijstand ingetrokken en teruggevorderd. De intrekking was gebaseerd op het feit dat appellanten in de onderzochte perioden inkomsten uit gokken in een casino hadden en niet duurzaam gescheiden leefden. De Raad heeft vastgesteld dat appellanten in de periode van 1 januari 2006 tot en met 3 december 2007 en van 18 april 2009 tot en met 19 april 2010 in strijd met hun inlichtingenverplichting geen melding hebben gemaakt van deze inkomsten. De Raad heeft ook overwogen dat appellante in de periode van 13 oktober 2009 tot en met 19 april 2010 geen recht had op bijstand omdat zij en appellant niet duurzaam gescheiden leefden. De Raad heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigd en geoordeeld dat de gemeente terecht de bijstand heeft ingetrokken en de kosten heeft teruggevorderd. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van bijstandsontvangers om hun inkomsten te melden en de voorwaarden voor het recht op bijstand.