ECLI:NL:CRVB:2018:4194
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag om bijstand wegens te hoog eigen vermogen
Op 4 december 2018 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Noord-Nederland van 31 januari 2017. De zaak betreft de afwijzing van een aanvraag om bijstand door het college van burgemeester en wethouders van Groningen, die de aanvraag van appellant op 1 december 2015 had afgewezen wegens een te hoog eigen vermogen. De Centrale Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank, waarbij de te beoordelen periode loopt van 1 december 2015 tot 28 januari 2016, de datum van het besluit tot afwijzing.
Appellant, bijgestaan door zijn advocaat mr. N. Hollander, heeft in de procedure een ongedateerde en achteraf opgestelde verklaring van lening overgelegd. De Raad oordeelt dat appellant hiermee niet aannemelijk heeft gemaakt dat er sprake is van een opeisbare vordering die zijn vader daadwerkelijk afdwingt. Hierdoor kan deze lening niet worden afgetrokken van het eigen vermogen van appellant, wat betekent dat het college terecht heeft besloten om de aanvraag om bijstand af te wijzen.
De uitspraak is openbaar uitgesproken en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De griffier J.M.M. van Dalen en voorzitter J.N.A. Bootsma hebben de uitspraak ondertekend.