ECLI:NL:CRVB:2018:4194

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
4 december 2018
Publicatiedatum
21 december 2018
Zaaknummer
17/1868 PW-PV
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing aanvraag om bijstand wegens te hoog eigen vermogen

Op 4 december 2018 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Noord-Nederland van 31 januari 2017. De zaak betreft de afwijzing van een aanvraag om bijstand door het college van burgemeester en wethouders van Groningen, die de aanvraag van appellant op 1 december 2015 had afgewezen wegens een te hoog eigen vermogen. De Centrale Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank, waarbij de te beoordelen periode loopt van 1 december 2015 tot 28 januari 2016, de datum van het besluit tot afwijzing.

Appellant, bijgestaan door zijn advocaat mr. N. Hollander, heeft in de procedure een ongedateerde en achteraf opgestelde verklaring van lening overgelegd. De Raad oordeelt dat appellant hiermee niet aannemelijk heeft gemaakt dat er sprake is van een opeisbare vordering die zijn vader daadwerkelijk afdwingt. Hierdoor kan deze lening niet worden afgetrokken van het eigen vermogen van appellant, wat betekent dat het college terecht heeft besloten om de aanvraag om bijstand af te wijzen.

De uitspraak is openbaar uitgesproken en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten. De griffier J.M.M. van Dalen en voorzitter J.N.A. Bootsma hebben de uitspraak ondertekend.

Uitspraak

17.1868 PW-PV

Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 31 januari 2017, 16/2239 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[Appellant] te [woonplaats] (appellant)
het college van burgemeester en wethouders van Groningen (college)
Datum uitspraak: 4 december 2018
Zitting hebben: J.N.A. Bootsma als voorzitter en Y.J. Klik en A.M. Overbeeke als leden.
Griffier: J.M.M. van Dalen
Appellant is verschenen, bijgestaan door mr. N. Hollander, advocaat. Het college heeft zich niet laten vertegenwoordigen.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep bevestigt de aangevallen uitspraak. Dit betekent dat het college de aanvraag om bijstand van appellant van 1 december 2015 terecht heeft afgewezen wegens een te hoog eigen vermogen.
Deze beslissing is uitgesproken in het openbaar. Zij is gebaseerd op de volgende overwegingen.
De te beoordelen periode loopt van 1 december 2015 tot 28 januari 2016, de datum van het besluit tot afwijzing van de aanvraag. Appellant heeft met de ongedateerde en achteraf opgestelde verklaring van lening (Darlehensvertrag) niet aannemelijk gemaakt dat sprake is van een tijdens de bijstandverlening opeisbare vordering, die de vader van appellant ook daadwerkelijk afdwingt. Deze lening hoeft dan ook niet te worden afgetrokken van het eigen vermogen.
Voor een veroordeling in de proceskosten bestaat geen aanleiding.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier De voorzitter
(getekend) J.M.M. van Dalen (getekend) J.N.A. Bootsma

LO