Uitspraak
16.4982 WIA
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, die zijn beroep tegen een besluit van het Uwv ongegrond verklaarde. Appellant, die als buitendienstmonteur werkte, had zich ziek gemeld met rugklachten en later visusklachten ontwikkeld. Het Uwv had vastgesteld dat appellant na afloop van zijn loongerelateerde WGA-uitkering geen recht meer had op een WGA-loonaanvullingsuitkering, omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. Appellant betwistte deze beslissing en voerde aan dat zijn visusklachten niet adequaat waren beoordeeld en dat hij meer beperkingen had dan in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) waren vastgelegd. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat het Uwv voldoende medische en arbeidskundige grondslagen had voor zijn besluit. De Raad volgde de argumentatie van het Uwv dat de visusklachten van appellant geen aanwijsbare fysieke oorzaak hadden en dat de geselecteerde functies medisch geschikt waren voor appellant. De Raad bevestigde de aangevallen uitspraak en wees het verzoek om schadevergoeding af.