Uitspraak
17.5071 ZW
10 juli 2017, 17/368 (aangevallen uitspraak)
OVERWEGINGEN
10 oktober 2016. Daarbij is opgemerkt dat in de brief van 19 oktober 2016 nadere uitleg staat waarom appellant geen ZW-uitkering krijgt over de periode van 5 juli 2016 tot en met 4 september 2016 en dat daarin wordt verwezen naar het besluit van 10 oktober 2016, waartegen bezwaar openstaat. Het Uwv heeft het bezwaar van appellant niet-ontvankelijk verklaard, omdat het bezwaarschrift te laat is ingediend. Volgens het Uwv is niet gebleken dat er bijzondere omstandigheden waren waardoor appellant niet in de gelegenheid was om tijdig een bezwaarschrift in te dienen. Appellant heeft hiertegen beroep ingesteld.
niet-ontvankelijkheidsverklaring van zijn bezwaar hem de effectieve toegang tot de rechter ontneemt, hetgeen zoveel mogelijk moet worden voorkomen. Appellant heeft verder gesteld dat hij, voor zover valt na te gaan, tijdens zijn verblijf in de ZBBI recht heeft op ziekengeld.
10 oktober 2016 en kan niet worden gekwalificeerd als besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Nu tegen de brief van 19 oktober 2016 geen bezwaar mogelijk was, is het bezwaar niet-ontvankelijk.
ZW-uitkering niet met ingang van de door appellant gewenste datum is heropend. De brief van 19 oktober 2016, die is verstuurd naar aanleiding van telefonisch contact met appellant over het besluit van 10 oktober 2016, bevat een nadere uitleg van dit besluit en heeft geen afzonderlijk rechtsgevolg.