Uitspraak
20 2089 ZW
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
–zoals blijkt uit de rapporten van 6 juli 2018, 26 maart 2019 en 30 april 2019
–informatie van de behandelend longarts van 20 april 2017 en van de huisarts van 1 juni 2017 bij hun beoordeling betrokken. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft daarbij overtuigend en navolgbaar uiteengezet dat appellant kwetsbare longen heeft en dat sterke verhoging van de intrathoracale druk tijdens het werk voorkomen moet worden. Met de beperkingen voor fysiek zware arbeid zoals aangegeven in de rubriek dynamische handelingen en statische houdingen wordt hieraan volgens de verzekeringsarts bezwaar en beroep tegemoetgekomen. Dat ten onrechte geen beperking is aangenomen op het aspect 3.6 (stof, rook, gassen en dampen) zoals appellant heeft betoogd vindt geen onderbouwing of objectivering in de door appellant ingebrachte medische stukken van de longarts en huisarts. De verzekeringsarts bezwaar en beroep heeft in rapporten van 26 maart 2019 en 30 april 2019 inzichtelijk en overtuigend gemotiveerd waarom er geen aanleiding is voor verdergaande beperkingen dan in de FML van 10 juni 2018 zijn opgenomen. Daartoe heeft de verzekeringsarts van beroep van belang geacht dat bij appellant sprake is van astma en COPD, er geen sprake is van een allergische astma maar waarschijnlijk een astma als gevolg van een reflux. Volgens de verzekeringsarts bezwaar en beroep is de ernst van het emfyseem nog beperkt en alleen geconcentreerd in de longtoppen. Appellant is bovendien niet onder behandeling van een longarts en gebruikte ten tijde hier van belang geen longmedicatie. Daarnaast wordt ervan uitgegaan dat appellant de vereiste beschermingsmiddelen draagt bij confrontatie met een wat verhoogde concentratie aan stof, rook, gassen en dampen. De in hoger beroep overgelegde informatie van de huisarts van 27 oktober 2021 noch de beschikbare informatie van de longarts en huisarts geven aanleiding te twijfelen aan de bevindingen van de verzekeringsarts bezwaar en beroep nu een nadere medische onderbouwing voor de stelling van appellant hierin ontbreekt.
BESLISSING
.