Uitspraak
SAMENVATTING
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Inleiding
Het oordeel van de Raad
contra legem’-toepassing van die rechtsbeginselen en ander ongeschreven recht genoemd. [2]
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 28 oktober 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de afwijzing van een aanvraag om algemene bijstand door het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam. De appellant, die stelt dat hij zijn hoofdverblijf heeft op een opgegeven adres, wordt geconfronteerd met het argument van het college dat hij een gezamenlijke huishouding voert op het adres van zijn ex-partner. De Raad heeft vastgesteld dat het zwaartepunt van het persoonlijk leven van de appellant zich op het adres van zijn ex-partner bevond, waar hij overdag verbleef, maaltijden gebruikte en zijn post bewaarde. De Raad oordeelt dat de appellant niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij zijn hoofdverblijf op het opgegeven adres had, en bevestigt daarmee de afwijzing van de aanvraag om bijstand. De rechtbank Amsterdam had eerder het beroep van de appellant ongegrond verklaard, en de Raad komt tot de conclusie dat de afwijzing van de aanvraag in stand blijft. De Raad heeft geen zitting gehouden, omdat partijen geen behoefte hadden aan een mondelinge behandeling. De uitspraak benadrukt het belang van het hoofdverblijf en de gezamenlijke huishouding in de beoordeling van aanvragen om bijstand.