ECLI:NL:CRVB:2025:1819
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering van maatwerkvoorziening voor tweede toilet op eerste etage wegens verhuizing zonder toestemming
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 11 december 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De zaak betreft de weigering van een maatwerkvoorziening in de vorm van een tweede toilet op de eerste etage van de woning van appellante, die zonder schriftelijke toestemming van het college van burgemeester en wethouders van Oosterhout is verhuisd naar een niet geschikte woning. Appellante, een alleenstaande moeder met lichamelijke klachten en een zoon met een cognitieve beperking, heeft op 24 april 2023 een aanvraag ingediend voor de maatwerkvoorziening. Het college heeft deze aanvraag afgewezen op basis van de Verordening maatschappelijke ondersteuning 2021, die stelt dat geen woonvoorziening wordt verstrekt als de cliënt niet is verhuisd naar de meest geschikte woning zonder voorafgaande toestemming van het college. De rechtbank heeft het beroep van appellante ongegrond verklaard, wat door de Raad is bevestigd. De Raad oordeelt dat appellante niet heeft aangetoond dat er ten tijde van de verhuizing geen geschikte woning beschikbaar was en dat het college terecht de maatwerkvoorziening heeft geweigerd. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd, en appellante krijgt geen vergoeding voor proceskosten of griffierecht.