ECLI:NL:GHAMS:2014:4259
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Uitzending van beeldmateriaal met herkenbare personen in een misdaadprogramma en uitleg van een boetebeding in een vaststellingsovereenkomst
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 14 oktober 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep over de uitzending van beeldmateriaal door SBS Broadcasting B.V. Het geschil ontstond naar aanleiding van de uitzending van een promo voor het programma 'Peter R. de Vries, misdaadverslaggever', waarin beelden van [geïntimeerde] en zijn familieleden te zien waren. De uitzending vond plaats ondanks een eerder gesloten vaststellingsovereenkomst waarin SBS zich had verplicht om dergelijke beelden niet meer uit te zenden, tenzij er nieuwe feiten of ontwikkelingen waren die de actualiteitswaarde van de beelden zouden rechtvaardigen. De rechtbank had in eerste aanleg de vordering van [geïntimeerde] toegewezen, waarbij SBS werd veroordeeld tot betaling van een boete van € 60.000,- voor overtreding van de overeenkomst. SBS ging in hoger beroep en voerde aan dat de beelden niet herkenbaar waren en dat er geen sprake was van een overtreding van de overeenkomst.
Het hof oordeelde dat de overeenkomst niet alleen betrekking had op de gehele aflevering, maar ook op het uitzenden van fragmenten. Het hof concludeerde dat de privacybelangen van [geïntimeerde] en zijn familieleden in het geding waren gekomen door de uitzending van de promo's, ook al waren de beelden kort en zonder context. Het hof matigde de boete tot € 15.000,-, omdat de overtreding als gering werd beschouwd en de schade voor [geïntimeerde] niet substantieel was aangetoond. Het hof vernietigde het vonnis van de rechtbank en wees de vorderingen van [geïntimeerde] af, waarbij hij werd veroordeeld tot terugbetaling van het reeds betaalde bedrag door SBS. De kosten van het geding werden ook aan [geïntimeerde] opgelegd.