3.14Eigen Haard heeft de volgende schriftelijke bewijsstukken in het geding gebracht:
- een verslag van een bezoek van medewerkers van Eigen Haard aan het gehuurde op 21 december 2011, waarbij aanwezig waren [geïntimeerde] en [A] . Dit verslag vermeldt onder meer dat de woning extreem koud was (12 graden) en geen koelkast en fornuis bevatte, dat in de keukenkastjes alleen kruiden en olie stonden en dat uit de getoonde jaarafrekening van Nuon bleek dat nauwelijks stroom werd gebruikt. [geïntimeerde] gaf als verklaring dat zij iedere dag van vroeg in de ochtend tot ’s nachts in [plaats 2] in de moskee en bij vrienden verbleef. Haar verhaal werd bevestigd door [A] , die zei dat hij haar al anderhalf jaar ondersteunde en dat ook anderen vanuit de moskee dat deden.
- een verslag van een gesprek van een medewerker van Eigen Haard met twee buren in [plaats 1] op 9 november 2016. Een niet nader aangeduide buurman of -vrouw heeft onder meer verklaard dat [geïntimeerde] niet in haar woning woonde en dat de meeste post voor haar naar [plaats 2] werd gestuurd, waar [geïntimeerde] woonde bij een vriend. In het begin van het jaar en recentelijk, toen Eigen Haard in de voortuin aan het werk was, was [geïntimeerde] iets vaker thuis geweest. In het verleden was zij ruim zeven jaar weg geweest. Een buurman of -vrouw van nr. [nummer 1] heeft gemeld dat hij [geïntimeerde] in de tweeëneenhalf jaar dat hij zelf in de straat woont, slechts 2 of 3 keer heeft gezien, waaronder onlangs toen Eigen Haard in de voortuin aan het werk was.
- een niet ondertekende en ongedateerde schriftelijke verklaring van de bewoners van [adres 3] , onder meer inhoudend dat zij vanaf begin 2011 in die straat wonen en vanaf die tijd [geïntimeerde] kennen als hun buurvrouw in de portiek, waar zij woont met haar partner, [A] . Zij doet regelmatig op de fiets boodschappen bij de Dirk van de Broek in de buurt. De bewoners van nr. [adres 3] zien haar door de week, in het weekend maar ook ’s avonds en ’s nachts, zij zit dan vaak voor het raam. Samen met een buurvrouw is de bewoner van nr. [adres 3] door [geïntimeerde] bedreigd met een groot mes, waarna zij door de politie is aangehouden. [geïntimeerde] en [A] veroorzaken volgens deze bewoner regelmatig overlast.
- een ondertekende verklaring van de bewoner van [adres 4] van 6 februari 2017, waarin deze beschrijft dat de bewoners van nr. [adres 2] , [A] en zijn vrouw, met iedereen ruzie maken. Uit de beschrijving van de vrouw blijkt dat dit [geïntimeerde] betreft. De bewoner van nr. [adres 4] ziet [geïntimeerde] vaak, zowel in de ochtend als in de avond en in het weekend. Hij woont zelf al in de straat sinds 2003, in het begin zag hij [geïntimeerde] niet, maar later wel. Als er een incident is geweest, is de vrouw een paar dagen weg, maar daarna komt ze weer thuis, aldus de verklaring.
- een ondertekende verklaring van de bewoonster van [adres 5] van 8 december 2016, waarin deze beschrijft dat op nr. [adres 2] [A] en [geïntimeerde] wonen. [geïntimeerde] ziet zij dagelijks, ook ’s avonds en in het weekend en zij ziet haar ook regelmatig bij de Dirk van de Broek in de buurt. Toen de getuige in 2007 in het portiek kwam wonen, woonde [geïntimeerde] daar al. [geïntimeerde] heeft haar verteld dat zij niet meer met haar eigen familie omging en daarom niet meer in [plaats 1] woonde, maar haar woning daar aanhield voor het geval dat. Ook deze buurvrouw heeft verteld over de bedreiging door [geïntimeerde] met een mes. Volgens haar veroorzaken [geïntimeerde] en [A] beiden overlast.
- een verslag van een gesprek van een medewerker van Eigen Haard met een buurman- of vrouw op nr. [nummer 1] in [plaats 1] , waarin deze verklaart dat hij/zij [geïntimeerde] sinds september 2016 iets vaker ziet, maar nog steeds sporadisch. Afgelopen weekend had zij sneeuw staan vegen. In ieder geval van begin 2015 tot na de zomer 2016 heeft [geïntimeerde] in [plaats 2] gewoond.
- een verslag van een telefoongesprek dat een medewerker van Eigen Haard op 15 maart 2017 met [geïntimeerde] heeft gevoerd, waarin die eerst heeft gezegd dat zij de mantelzorger van [A] was en later dat zij de hulp was en dat zij [A] verzorgde en dagelijks naar hem toe ging om alles met hem te bespreken.
- een verslag van een huisbezoek op 22 maart 2017 van medewerkers van Eigen Haard aan de woning aan de [adres 2] , waarbij alleen [A] aanwezig was. Deze verklaarde dat [geïntimeerde] vier maanden geleden voor het laatst bij hem is geweest. Hij bestreed dat hij en [geïntimeerde] overlast veroorzaken. De buren zouden tegen hen zijn, omdat zij niet willen dat hij en [geïntimeerde] een relatie hebben. Op de kast in de woonkamer stonden 3 foto’s, een van [geïntimeerde] , een van de overleden dochter van [geïntimeerde] en een van [A] . [A] zei [geïntimeerde] al vanaf dat zij 25 jaar oud is te helpen, hij haalt boodschappen voor haar en is haar begeleider en mantelzorger. Soms logeert zij een paar dagen bij hem omdat hij haar niet op straat wil laten staan als zij hulp nodig heeft. In haar woning in [plaats 1] kan zij niet goed verblijven omdat de slaapkamer boven is.
- een grosse van een bevel tot betaling op grond van een strafvonnis van 25 februari 2016 gericht aan [geïntimeerde] , ten gunste van de buurvrouw van [adres 5] , waarin is vermeld dat [geïntimeerde] als verblijfplaats had opgegeven [adres 2] . Dit betalingsbevel betreft de schadevergoeding vanwege de bedreiging met het mes waarover door buren uit de [adres 2] is verklaard.