Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[geïntimeerde sub 1] ,
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
“We hebben inmiddels grondonderzoeker, architect en dergelijke allemaal in de startblokken staan, maar we horen niet zo veel meer. Hoe staan de zaken ervoor op dit moment?”
vandaag of morgen” een omgevingsvergunning wordt afgegeven en dat zij zich daarom beroepen op de mogelijkheid om de koopovereenkomst te ontbinden.
3.3. Beoordeling
hebben in voorwaardelijke reconventie opheffing van het gelegde conservatoire beslag gevorderd en een kostenveroordeling van [appellant] .
De voorzieningenrechter oordeelde daartoe, samengevat, als volgt. [appellant] vordert op eigen naam en niet mede namens zijn broer nakoming van de koopovereenkomst. De in het vonnis van 31 juli 2018 verleende machtiging strekt niet zover dat daaronder tevens moet worden begrepen het instellen van een rechtsvordering tot nakoming van de met gebruikmaking van de machtiging tot stand gekomen koopovereenkomst. Evenmin kan artikel 9 lid 2 (hof: bedoeld is artikel 9 sub b) van de koopovereenkomst zo worden uitgelegd dat de rechtsvordering tot nakoming daaronder valt. Ten slotte biedt het bepaalde in artikel 3:171 BW [appellant] evenmin de mogelijkheid om zelfstandig deze vorderingen in te stellen. De deelgenoot in een gemeenschap die gebruik wil maken van de bevoegdheid van artikel 3:171 BW moet kenbaar maken dat een rechterlijke uitspraak wordt verlangd ten behoeve van die gemeenschap. Dat heeft [appellant] niet gedaan, aldus de voorzieningenrechter.
In reconventie heeft de voorzieningenrechter de vordering tot opheffing van het beslag afgewezen onder meer omdat van de ondeugdelijkheid van het door [appellant] ingeroepen recht niet was gebleken en [geïntimeerden] geen zwaarwegend belang bij opheffing van het beslag hadden gesteld.
heeft dat niet, althans onvoldoende kenbaar gedaan. De inleidende dagvaarding vermeldt enkel zijn naam als (formele en materiële) procespartij. Uit die dagvaarding valt ook overigens niet af te leiden dat [appellant] een vordering instelt ten behoeve van de gemeenschap. Integendeel, [appellant] heeft gevorderd dat de eventueel door [geïntimeerden] te verbeuren dwangsom aan hemzelf wordt betaald. Dat hij betaling van de koopprijs door storting op de kwaliteitsrekening van de notaris heeft gevorderd, maakt voorgaand oordeel niet anders.