ECLI:NL:GHAMS:2022:3317

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
6 december 2022
Publicatiedatum
24 november 2022
Zaaknummer
200.305.029/01
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep kort geding over herstel gebreken aan liften in wooncomplex

In deze zaak, die voor het Gerechtshof Amsterdam diende, ging het om een hoger beroep in kort geding dat was aangespannen door Woonstichting Lieven de Key tegen een vonnis van de kantonrechter in Amsterdam. De huurders hadden vorderingen ingesteld tegen hun verhuurder, Lieven de Key, met betrekking tot gebreken aan de liften in hun wooncomplex. De kantonrechter had de vorderingen grotendeels toegewezen, maar de dwangsommen afgewezen. Lieven de Key was van mening dat zij aan de veroordeling had voldaan en dat de huurders geen belang meer hadden bij het hoger beroep, aangezien de gebreken inmiddels waren hersteld.

De huurders stelden dat er nog steeds klachten waren over de liften en dat zij een eigen liftadviseur wilden inschakelen voor een inspectie. Het hof oordeelde dat de huurders onvoldoende hadden betwist dat Lieven de Key de nodige inspanningen had verricht en dat de werkzaamheden grotendeels waren uitgevoerd. Het hof concludeerde dat partijen het erover eens waren dat aan het vonnis was voldaan, met uitzondering van enkele onmogelijke en onnodige werkzaamheden. Het hof vernietigde het vonnis gedeeltelijk en bekrachtigde het voor het overige, waarbij de proceskostenveroordeling van de eerste aanleg in stand bleef. De proceskosten in hoger beroep werden gecompenseerd, omdat Lieven de Key niet kon worden verweten het hoger beroep te hebben ingesteld.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht, team I
zaaknummer : 200.305.029/01 KG
zaaknummer rechtbank Amsterdam : 9329156/ KK EXPL 21-498
arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 6 december 2022
inzake
WOONSTICHTING LIEVEN DE KEY,
gevestigd te Amsterdam,
appellante,
advocaat: mr. L.F. Birnie te Amsterdam,
tegen

1.[geïntimeerde 1] ,

2.
[geïntimeerde 2],
3.
[geïntimeerde 3],
4.
[geïntimeerde 4],
5.
BEWONERSCOMMISSIE [X] ,
wonende/gevestigd te [plaats] ,
geïntimeerden,
advocaat: mr. E. Swart te Amsterdam.

1.Het geding in hoger beroep

Partijen worden hierna Lieven de Key en de huurders genoemd. Geïntimeerde sub 5 afzonderlijk wordt de bewonerscommissie genoemd.
Lieven de Key is bij dagvaarding van 14 september 2021, hersteld bij exploot van 8 november 2021, in hoger beroep gekomen van een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam, (hierna: de kantonrechter), van 18 augustus 2021, onder bovenvermeld zaaknummer in kort geding gewezen tussen de huurders als eisers en Lieven de Key als gedaagde.
Partijen hebben daarna de volgende stukken ingediend:
- memorie van grieven, met producties;
- memorie van antwoord, met producties.
Ten slotte is arrest gevraagd.
Lieven de Key heeft kort gezegd geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis zal vernietigen en alsnog de huurders niet ontvankelijk zal verklaren in de vorderingen, althans die zal afwijzen, met beslissing over de proceskosten, daaronder begrepen de nakosten.
De huurders hebben geconcludeerd tot bekrachtiging, met veroordeling van Lieven de Key in de kosten van het geding in hoger beroep.

2.Feiten

De kantonrechter heeft in het bestreden vonnis onder 1.1. tot en met 1.16. de feiten opgesomd die zij tot uitgangspunt heeft genomen. Deze feiten zijn in hoger beroep niet in geschil en dienen derhalve ook het hof als uitgangspunt.

3.Beoordeling

3.1
Deze zaak gaat kort gezegd over het volgende. De huurders hebben in eerste aanleg vorderingen tegen hun verhuurder Lieven de Key ingesteld die kort gezegd erop neer kwamen dat Lieven de Key binnen veertien dagen na datum vonnis al het nodige moest doen om twee (problemen veroorzakende) liften deugdelijk en veilig te laten functioneren. Dit zou moeten gebeuren door in ieder geval een aantal door [bedrijf] Liftadvies (hierna: [bedrijf] ) en keuringsinstituut Aboma geadviseerde werkzaamheden te laten verrichten. Daarna moesten de liften wat betreft de huurders worden goedgekeurd door een onafhankelijk liftexpert. De huurders hebben ook gevorderd dwangsommen aan die veroordeling te verbinden en dat Lieven de Key in de proceskosten, met rente en nakosten, zou worden veroordeeld.
3.2
De kantonrechter heeft de vorderingen grotendeels toegewezen. De dwangsommen heeft zij afgewezen. Tegen de toewijzing en de daaraan ten grondslag gelegde motivering komt Lieven de Key met haar grieven op.
3.3
In de memorie van grieven heeft Lieven de Key in grote lijnen het volgende betoogd. Op zichzelf ontkent zij niet dat er problemen met de liften waren. Lieven de Key is echter afhankelijk van de desbetreffende VvE om dit soort problemen op te lossen. Al voordat de huurders het kort geding hadden aangespannen had Lieven de Key zich ingespannen om de VvE ertoe te bewegen de werkzaamheden die [bedrijf] met betrekking tot de liften had geadviseerd te laten uitvoeren. Dat was echter niet eenvoudig en kostte tijd. Lieven de Key heeft inmiddels aan de veroordeling voldaan. De VvE heeft nu een onderhoudscontract met Elite liften en roltrappen BV (hierna: Elite). Elite voert zes keer per jaar onderhoud uit, wat meer is dan de vier keer die in dit geval voldoende zou moeten zijn. Alle in het vonnis genoemde onderhoudswerkzaamheden zijn inmiddels verricht, behoudens drie werkzaamheden el die niet van Lieven de Key kunnen worden gevergd omdat zij onmogelijk zijn gebleken (remcontrolevoorziening), dan wel onnodig zijn (sluiten schachten, andere waterafdichting van de schachten dan al is aangebracht). Ook zijn er nog extra werkzaamheden verricht waar dat zinvol bleek. De liften zijn geïnspecteerd door VHC Liftadvies - Arend Consultants (hierna: VHC) en in januari 2022 goedgekeurd door de conformiteitsbeoordelingsinstantie Liftinstituut BV (hierna: Liftinstituut). De huurders blijven echter klagen over ondergeschikte punten of storingen die nu eenmaal erbij horen en niet te voorkomen zijn. Zij menen dat de klachten nog niet verholpen zijn. Bovendien willen zij zelf een liftadviseur (Pi-liftconsultants BV [hierna: Pi]) inschakelen voor een inspectie van de werkzaamheden. Lieven de Key heeft die wens doorgeleid naar de VvE en de huurders gevraagd om datavoorstellen voor die inspectie in verband met de toegang die Pi moet worden verleend.
3.4
Als reactie hebben de huurders in hun memorie van antwoord het volgende aangevoerd. Lieven de Key heeft geen belang bij het hoger beroep. Voor zover de huurders kunnen overzien zijn immers inmiddels alle nodige werkzaamheden grotendeels uitgevoerd. Lieven de Key heeft wat dat betreft haar verantwoordelijkheid genomen. Werkzaamheden die niet mogelijk of overbodig zijn hoeft Lieven de Key niet te verrichten. Het onmogelijke kan immers niet van Lieven de Key worden gevergd. De huurders willen echter een oordeel van Pi hebben over de uitgevoerde werkzaamheden en over de vraag of alles is gedaan om de liften deugdelijk en veilig te laten functioneren. Dit enerzijds omdat zij zelf onvoldoende verstand van liften hebben en anderzijds omdat er, hoewel storingen inderdaad niet volledig uit te bannen zijn, nog steeds veel klachten zijn. Het onderzoek van Pi is ingepland voor 6 april 2022.
3.5
De huurders hebben hiermee onvoldoende betwist dat Lieven de Key de inspanningen heeft verricht die volgens het vonnis nodig waren en dat de daarbij opgedragen werkzaamheden, met uitzondering van de onmogelijke en onnodige, zijn gedaan. Zij hebben zich uiteindelijk niet willen aansluiten bij de bevindingen van VHC en het Liftinstituut en een eigen onderzoek van Pi willen afwachten alvorens Lieven de Key definitief van haar verplichtingen te ontslaan. Dat onderzoek heeft echter kennelijk één dag nadat de memorie van antwoord was ingediend, plaatsgevonden en heeft kennelijk niet ertoe geleid dat de huurders het nodig hebben gevonden nog een akte te nemen om de resultaten van dat onderzoek met Lieven de Key en het hof te delen. De conclusie is dan ook dat partijen geacht worden het er beide over eens te zijn dat aan het vonnis is voldaan, te meer omdat ook de huurders van oordeel zijn dat Lieven de Key voornoemde onmogelijke en onnodige werkzaamheden niet hoeft te verrichten. Het vonnis zal gedeeltelijk worden vernietigd teneinde het dictum in die zin aan te passen. Bij een verdere bespreking van de grieven heeft Lieven de Key onder deze omstandigheden geen belang meer. Dat belang heeft zij ook niet wat betreft de vraag of de bewonerscommissie bevoegd was (mede) de vorderingen in te stellen, omdat het antwoord op die vraag niet van invloed kan zijn op de uitkomst van het geschil of de kostenveroordeling.
3.6
De slotsom is dat het vonnis gedeeltelijk zal worden vernietigd en voor het overige zal worden bekrachtigd. De proceskostenveroordeling van de eerste aanleg blijft in stand omdat Lieven de Key daar de partij was die voor het grootste deel in het ongelijk was gesteld. In hoger beroep worden de proceskosten gecompenseerd. Weliswaar is hiervoor overwogen dat Lieven de Key geen belang meer heeft bij de beoordeling van haar grieven, maar dit kon pas na de memorie van antwoord worden vastgesteld. De huurders hebben immers nooit ondubbelzinnig aan Lieven de Key laten weten dat de gedane werkzaamheden akkoord waren, maar hebben dit afhankelijk gemaakt van een onderzoek door Pi. Dit maakt dat het Lieven de Key niet kan worden verweten het hoger beroep te hebben ingesteld en doorgezet.

4.Beslissing

Het hof:
vernietigt het vonnis waarvan beroep, voor zover daarbij Lieven de Key in het dictum onder II is veroordeeld de volgende werkzaamheden te verrichten:
- plaatsen remcontrolevoorziening;
- sluiten schachten;
- waterdicht maken van de schachten;
bekrachtigt het vonnis waarvan beroep voor het overige;
bepaalt dat ieder der partijen de eigen proceskosten draagt van het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door mr. L.A.J. Dun, mr. J.C.W. Rang en mr. M.A. Wabeke en door de rolraadsheer in het openbaar uitgesproken op 6 december 2022.