ECLI:NL:GHAMS:2023:3487
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake aanneming van werk en ontbinding van overeenkomst
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellante] B.V. tegen een vonnis van de kantonrechter in Amsterdam. De kantonrechter had op 23 juli 2021 geoordeeld dat [geïntimeerde] niet meer hoefde te betalen voor de werkzaamheden van [appellante] en de overeenkomst had ontbonden. [appellante] is in hoger beroep gekomen en heeft geconcludeerd dat het hof het vonnis zal vernietigen en haar vorderingen zal toewijzen. De zaak betreft een overeenkomst tot aanneming van werk voor de installatie van een keuken, waarbij [geïntimeerde] een aanbetaling heeft gedaan en later ontevreden was over de uitvoering van het werk. Het hof heeft vastgesteld dat [geïntimeerde] in schuldeisersverzuim is gekomen door [appellante] niet de gelegenheid te bieden het werk af te maken. Het hof oordeelt dat de ontbinding van de overeenkomst door de kantonrechter onterecht was en dat [appellante] recht heeft op betaling van haar facturen. Het hof heeft de vordering van [appellante] tot betaling van € 5.565,44 toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente, en [geïntimeerde] in de kosten van het geding verwezen.