Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
Performance Payments). Die vergoedingen ontvangt belanghebbende sinds de (gedeeltelijke) oplevering van de HSLzuid in 2006. De beschikbaarheidsvergoedingen (exclusief omzetbelasting) worden per periode berekend aan de hand van een formule die is opgenomen in artikel 3.1 van
Schedule17 van de DBFM-overeenkomst. Daarin is de mate van beschikbaarheid van de HSL-zuid voor het gebruik ervan de belangrijkste variabele.
Syndicated Loan Facility) met variabele interest die zij voor de financiering van de HSL-zuid heeft afgesloten in de periode van
30 oktober 2001 (
Financial Close) tot 31 maart 2007 zelf extern in de markt moest afdekken (
hedgen). Dat is ook gebeurd.
Hedging Adjustment Paymentsovereengekomen (in paragraaf 2 van
part3 van
appendix4 van
Schedule17). Afgesproken is enerzijds dat wanneer het CLF EUROBOR-tarief in een periode meer dan 4,25% beloopt, het Ministerie het verschil, toegepast op het openstaande bedrag van de in 2.5 bedoelde kredietfaciliteit en de duur van de periode, aan belanghebbende zal betalen. Anderzijds is belanghebbende gehouden aan het Ministerie te betalen wanneer het CLF EURIBOR-tarief in een periode minder dan 4,25% bedraagt. Het Ministerie mag een
Hedging Adjustment Paymentdie belanghebbende is verschuldigd met de beschikbaarheidsvergoedingen verrekenen. De
Hedging Adjustment Paymentszijn geen onderdeel van (de formule ter berekening van) de
Performance Paymentsin artikel 3.1 van
Schedule17 van de DBFM-overeenkomst.
Hedging Adjustment Paymentvan € 9.113.990 aan het Ministerie gedaan. In haar aangifte over het derde kwartaal van 2017 heeft belanghebbende in verband daarmee een bedrag van € 1.913.938 aan omzetbelasting, die uiteindelijk aan het Ministerie ten goede komt, als vermindering van de verschuldigde belasting verwerkt. De inspecteur heeft dat bedrag van belanghebbende nageheven.
Hedging Adjustment Payments, omdat die betalingen pas later in 2001 zijn opgenomen in (de laatste versie van) de DBFM-overeenkomst.
3.Geschil in hoger beroep
Hedging Adjustment Paymentaan het Ministerie van € 9.113.990 een negatieve component is van de vergoeding voor de belaste handelingen die belanghebbende verricht op grond van de DBFM-overeenkomst, dan wel of die betaling een uitvloeisel is van een afzonderlijk in aanmerking te nemen afspraak tussen belanghebbende en het Ministerie ter afdekking van renterisico’s en daarom niet is aan te merken als vergoeding voor enige handeling (net als een verzekeringsuitkering).
4.Beoordeling van het geschil
Hedging Adjustment Paymentniet rechtstreeks verband met de belaste handelingen die belanghebbende jegens het Ministerie verricht op grond van de DBFM-overeenkomst. Daarom is die betaling niet aan te merken als een negatieve component van de vergoeding voor de belaste handelingen die belanghebbende voor het Ministerie verricht ingevolge de DBFM-overeenkomst. Redengevend voor dat oordeel is dat regeling over de
Hedging Adjustment Paymentsin de DBFM-overeenkomst geheel los is gekoppeld van de formule om de beschikbaarheidsvergoedingen te berekenen; de
Hedging Adjustment Paymentsbehoren niet tot wat op grond van die overeenkomst de beschikbaarheidsvergoedingen zijn.
Hedging Adjustment Paymentsvindt bevestiging in de omstandigheid dat zij separaat van de betaling van de beschikbaarheidsvergoedingen worden afgewikkeld. Zij houden strikt genomen ook geen verband met de werkzaamheden die belanghebbende ingevolge de DBFM-overeenkomst dient te verrichten, maar met de rentestand (een externe factor). De omstandigheid dat de
Hedging Adjustment Payments in de DBFM-overeenkomst zijn opgenomen, die als geheel ertoe strekt het Ministerie de beschikking te geven over de HSL-zuid, is daartegenover van onvoldoende gewicht voor een ander oordeel. Doorslaggevend is de contractuele vormgeving van de afspraken tussen belanghebbende en het Ministerie in de DBFM-overeenkomst.
Hedging Adjustment Paymentniet de vergoeding is voor enige handeling in de zin van de Wet op de omzetbelasting 1968. De behandeling van de betalingen onder het hedging arrangement met het Ministerie is daarmee neutraal ten opzichte van die van soortgelijke betalingen wanneer het renterisico bij een derde partij was afgedekt, zoals tot 31 maart 2007 het geval was.
5.Kosten
6.Beslissing
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag. Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie www.hogeraad.nl).
www.hogeraad.nl. Informatie over de inlogmiddelen vindt u op
www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.