Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[DE VOF],
[VENNOOT 1],
[VENNOOT 2],
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
3.Feiten
4.Eerste aanleg
I. voor recht verklaart dat de vof en [de vennoten] hoofdelijk aansprakelijk zijn voor alle schade die voortvloeit uit het ongeval op 19 februari 2017;
II. voor recht verklaart dat de vof en [de vennoten] hoofdelijk gehouden zijn om de materiële en immateriële geleden en nog te lijden schade te vergoeden die het gevolg is van het ongeval;
5.Hoger beroep
6.Beoordeling
vlak voor het einde van de les nog een laatste, voor haar relatief moeilijke route’. Dat de route met zwarte grepen een relatief moeilijke route voor [P] was, is voorts door [de vennoten] tegenover het hof bevestigd bij de zitting. Het hof gaat voorbij aan de (niet nader onderbouwde) opmerking van Klimmuur Haarlem dat op deze route ook geklommen wordt door schoolkinderen en beginners, omdat deze enkele opmerking geen afbreuk doet aan wat hiervoor is overwogen.
had moeite met de steile passage en liet plots, zonder aankondiging (een normale/te verwachten situatie waarmee eerder in de les geoefend was) los.’
Toen ik op een gegeven moment, tijdens de derde les, een afdaling maakte, hoorde ik dat[instructeur 1], hof] [[D], hof]
wat uitlegde. Ik zag dat hij voordeed hoe ze het zekeringstouw moest vasthouden. Ik hoorde verder niet wat hij tegen haar zei.’ Naast het verslag van de NKBV voor Klimmuur Haarlem is er een verslag van de NKBV voor [P] van 27 september 2017. Dat verslag geeft (volgens de laatste pagina ervan) de gebeurtenissen weer van het klimongeval op 19 februari 2017 ‘
op basis van telefonische communicatie met Klimmuur Haarlem en het verslag en gespreksverslag met[[P], hof]’ (productie 10 bij de inleidende dagvaarding, hierna: het verslag van de NKBV voor [P]). In dat verslag is vermeld: ‘
De zekeraar was eerder in de cursus aangesproken op het niet snel genoeg de remhand naar beneden brengen.’ [instructeur 1] heeft bij het voorlopig getuigenverhoor verklaard dat er tijdens de les door [P] en [D] voor zover hij weet geen fouten zijn gemaakt. In datzelfde verhoor heeft hij echter ook verklaard over het begin van de les: ‘
Ik zag (…) dat[[D], hof]
het touw wat traag inhaalde en heb haar daar op gewezen.’ Al het voorgaande betekent dat er een aanzienlijke kans op ernstig letsel bestond voor [P] bij deze beklimming, met alleen deze zekeraar.
Kennelijk was voor de instructeur de onderhavige verhouding van 80-58/59 kilogram verantwoord.’ Uit de processen-verbaal blijkt niet dat Klimmuur Haarlem, die beide vrouwen bij het voorlopig getuigenverhoor heeft gezien, destijds aanleiding heeft gehad om het gewichtsverschil in twijfel te trekken, of nader te bevragen. Voorts is het door [P] gestelde gewichtsverschil in de processtukken niet voldoende gemotiveerd betwist. Het verschil van 80-58/59 kilogram was meer dan de toegestane marge van 15 kg (namelijk ten minste 21 kg).
Er was sprake van een klein gewichtsverschil tussen beide klimmers ([[P], hof]
was zwaarder dan[[D], hof]
). Het gewichtsverschil lag binnen de grenzen van wat acceptabel was.’ Niet duidelijk is namelijk waarop deze passage is gebaseerd. Dat geldt temeer omdat deze passage staat onder ‘OMSCHRIJVING ONGEVAL’. Meteen onder deze twee woorden is in het verslag van de NKBV voor [P] van 27 september 2017 vermeld: ‘
Omschrijving van het ongeval op basis van telefonische communicatie met Klimmuur Haarlem op de dag van het ongeval en de periode daarop volgend.’ Kennelijk is de passage gebaseerd op informatie van Klimmuur Haarlem. Volgens Klimmuur Haarlem zijn [P] en [D] echter niet naar hun gewichten gevraagd. [instructeur 1] en [instructeur 2] hebben als getuige in dezelfde zin verklaard. Klimmuur Haarlem kon over het gewichtsverschil dan ook geen betrouwbare uitspraken doen.
Door de val en de daaropvolgende ruk aan het touw verloor de zekeraar de controle over het remtouw.’ Daarbij heeft [P] voorafgaand aan de zitting in hoger beroep een bericht overgelegd van [naam], projectcoördinator veiligheid NKBV, van 20 februari 2025, waarin wordt bevestigd dat het moeilijker is voor de zekeraar om de klimmer veilig te zekeren naarmate het gewichtsverschil groter is. Dat ook het gewichtsverschil heeft bijgedragen aan het ontstaan van de schade, staat met het voorgaande voldoende vast. Klimmuur Haarlem heeft hier onvoldoende tegenovergesteld.
€ 2.428,00(tarief II × 2 punten)