ECLI:NL:GHARL:2018:10346
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid in hoger beroep van een appellant die geen partij was in eerste aanleg
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 27 november 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep. De appellant, h.o.d.n. Zonnestudio Naam A, was niet ontvankelijk in zijn hoger beroep omdat hij geen partij was in de eerste aanleg. De zaak betreft een huurovereenkomst die op 28 mei 2015 werd gesloten tussen de vennootschap onder firma (vof) en AGZ Vastgoed B.V. De appellant was een van de vennoten van de vof, die op 3 september 2015 werd ontbonden. Na de ontbinding heeft de appellant een eenmanszaak opgericht. In eerste aanleg heeft de kantonrechter vonnissen gewezen tussen de vof en AGZ, waarbij de vennoten van de vof geen procespartij waren. De appeldagvaarding was uitgebracht op naam van de appellant, maar omdat alleen partijen van een in eerste aanleg gewezen vonnis in hoger beroep kunnen komen, werd de appellant niet-ontvankelijk verklaard. Het hof kon daardoor niet toekomen aan de inhoudelijke behandeling van de zaak en veroordeelde de appellant in de kosten van het hoger beroep. Tevens werd AGZ veroordeeld in de kosten van het incidenteel hoger beroep, aangezien de appellant wel een memorie van antwoord had ingediend.