Uitspraak
Plinq,
Fore Freedom,
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
2.De kern van de zaak
3.De vaststaande feiten
dat nu alles is omgezet en dat per 1-1-2017 alles via Plinq loopt. We hebben alleen nog geen contract met elkaar dus dat moet nog wel geregeld worden. Het is goed voor beide partijen om dit zo snel mogelijk te regelen.
Heb jij inmiddels met je jurist gesproken over de wensen van het contract. Ik wil dit graag spoedig afronden. Kunnen we voor nu de €2500 factureren? Graag hiervan een schriftelijk bevestiging door een reply op deze email (…)”
: “Overeenkomst inzake koop glasvezelnetwerk Noenes”.[naam3] schrijft daarbij aan [naam2] :
onderwerp “Info aansluiting De Noenes/Belangrijk”schrijft Fore Freedom aan Plinq:
- Voor de Noenes is dit: EUR 150.000 ex BTW verminderd met het betaalde bedrag vanaf januari 2017
- Voor Parkstad is dit: 155.400 ex BTW
- Totaal: EUR 305.400 exclusief BTW verminderd met het betaalde bedrag vanaf januari 2017. (…_)"
“ [naam1] , Hierbij als zojuist besproken.”
‘koopovereenkomst netwerk Noenes vs 2’
Vastrecht per aansluiting De Noenes-Haaren Periode (... )” . Vanaf enig moment in 2019 zijn de facturen voorzien van de omschrijving “
Vastrecht per aansluiting De Noenes-Haaren Aansluitadres: Verhuur geheel netwerk 99, Haaren Periode (...)”. Plinq heeft de facturen tot en met december 2021 betaald, zij het dat zij daarvoor regelmatig werd aangemaand (zie bijvoorbeeld rechtsoverweging 3.11, 3.14 en 3.16).
Levering glasvezelnetwerk” Daarin staat dat hem gebleken is dat tussen partijen een overeenkomst is gesloten voor de koop en levering van het glasvezelnetwerk De Noenes. Hij vraagt om een bevestiging dat Fore Freedom zal meewerken aan de levering van het netwerk. Hierop heeft gemachtigde van Fore Freedom in een e-mail van 27 maart 2021 gereageerd. Namens Fore Freedom wordt gesteld dat de grondslag voor de sommatie ontbreekt en wordt de claim afgewezen.
4.Het oordeel van het hof
per 1-1-2017 alles via Plinq loopt”, maar dat partijen nog geen contract met elkaar hebben gesloten, alhoewel daarover al wel een voorstel was gedaan. Tussen partijen is ook niet in geschil dat zij hebben gesproken over het sluiten van een exploitatieovereenkomst zoals die als concept in het geding is gebracht [4] , maar dat zij daarover geen overeenstemming hebben bereikt. In de e-mail van 2 januari 2017 laat
vastrecht” gaan betalen.
“eerste versie van de overeenkomst voor de Noenes” blijkt dat Plinq voorstelt dat Fore Freedom het netwerk verkoopt, dat de akte van overdracht zo spoedig mogelijk zal worden gepasseerd, dat de koopsom € 150.000,- bedraagt en dat die koopsom in termijnen zal worden afbetaald. Dit aanbod, als het zou zijn aanvaard, leidt niet tot een huurkoopovereenkomst in de zin artikel 7:101 BW. De overeenkomst van huurkoop van een onroerende zaak in de zin van deze bepaling is een koopovereenkomst (of een samenstel van overeenkomsten van gelijke strekking) die aan drie aanvullende vereisten voldoet: 1) de koopprijs wordt voldaan in termijnen, 2) de onroerende zaak wordt aan de koper afgeleverd en 3) de eigendomsovergang van de onroerende zaak vindt niet eerder plaats dan nadat minstens twee termijnen zijn voldaan nadat de onroerende zaak aan de koper is afgeleverd. In de eerste versie van de door Plinq opgestelde overeenkomst zijn geen bepalingen opgenomen over de aflevering van het netwerk door Fore Freedom aan Plinq, noch is bepaald dat de eigendomsovergang niet eerder plaatsvindt dan nadat minstens twee termijnen zijn voldaan na aflevering van het netwerk.
eerste versie” aan
koop” staat en niet “
huurkoop”. Zijn verklaring daarvoor was dat zij geen juristen zijn en dus “
de zaken niet goed hebben neergezet.” Het hof begrijpt daaruit dat de wil van Plinq op het moment waarop de eerste versie op 3 februari 2017 en 8 maart 2017 aan Fore Freedom werd toegezonden, volgens Plinq niet geheel correspondeerde met wat in deze versie op papier was gezet. Weliswaar heeft [naam3] op de mondelinge behandeling verklaard dat de basisafspraken er waren, maar welke dat dan zijn geweest, is niet voldoende eenduidig door Plinq gesteld. Uit de hier geschetste omstandigheden blijkt voldoende dat partijen op