Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
zaak 1) van
Circle K,
De Staat,
2. Fastned B.V.
3. Hajé Holding B.V.
Hajé
Vereniging Energie voor Mobiliteit en Industrie
Vemobin,
Vereniging Particuliere rijkswegvergunningen van Tankstations,
VPR,
zaak 2) van
Vereniging Energie voor Mobiliteit en Industrie
Vemobin,
De Staat,
2. Circle K Nederland B.V.
Circle K,
3. Fastned B.V.
4. Hajé Holding B.V.
Hajé.
1.Het verloop van de procedure in zaak 1 in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep van 14 maart 2025 met daarin de grieven;
- de akte overlegging producties van de Circle K van 22 april 2025;
- de memorie van antwoord van de Staat van 22 april 2025;
- de memorie van antwoord van Fastned van 22 april 2025;
- de memorie van antwoord van Vemobin en VPR van 22 april 2025
- het verslag (proces-verbaal) van de mondelinge behandeling die op 25 april 2025 is gehouden.
2.Het verloop van de procedure in zaak 2 in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep van 4 april 2025 met daarin de grieven;
- de akte overlegging producties van Vemobin van 22 april 2025;
- de memorie van antwoord van de Staat van 22 april 2025;
- de memorie van antwoord van Circle K van 22 april 2025;
- de memorie van antwoord van Fastned van 22 april 2025;
- het verslag (proces-verbaal) van de mondelinge behandeling die op 25 april 2025 is gehouden.
3.De kern van het geschil
4.De relevante feiten
- een vergunning op grond van de Wet beheer rijkswaterstaatswerken (hierna: Wbr-vergunning) verkregen, en
- een huurovereenkomst of erfpacht met de Staat afgesloten.
Wbr-vergunning voor het realiseren, behouden en onderhouden van een energielaadpunt met twee laadpalen te wijzigen, in die zin dat er 14 extra laadpalen (dus in totaal 16 laadpalen) mogen worden gerealiseerd. De Minister heeft in een beschikking van 14 februari 2024 de door Fastned verzochte wijziging toegestaan (hierna: de gewijzigde Wbr-vergunning van Fastned). Tegen die beschikking is alleen een bestuursrechtelijk rechtsmiddel aangewend door Hajé. Die procedure was ten tijde van de mondelinge behandeling bij het hof nog niet afgerond.
5.De beslissing van de voorzieningenrechter
6.De motivering van de beslissingen van het hof
waaromhet overheidslichaam van plan is de onroerende zaken aan een bepaald bedrijf te verkopen of te verhuren in plaats van een openbare selectieprocedure te organiseren en om tegen dat voornemen op te kunnen komen als die redenen volgens die derden de toets aan de Didam-regels niet kunnen doorstaan. [8] Daaraan is in dit geval voldaan. Dat de Staat (via een link) daarbij ook nog heeft verwezen naar haar beleid bij het vergunnen van aanvullende voorzieningen dat strikt genomen niet van toepassing is op uitbreiding van een basisvoorziening, maakt niet dat de publicatie niet aan de Didam-regels voldoet.
zaak 1veroordelen:
- aan de zijde van de Staat te begroten op het van haar geheven griffierecht aan verschotten en op 2 punten naar tarief II van het liquidatietarief voor salaris van de advocaat;
- aan de zijde van Fastned eveneens te begroten op het van haar geheven griffierecht en op 2 punten naar tarief II van liquidatietarief voor salaris;
- aan de zijde van Vemobin c.s. op het van hen geheven griffierecht aan verschotten en op 1 punt naar tarief II van het liquidatietarief II voor salaris van de advocaat;
- aan de zijde van Hajé op nihil.
zaak 2veroordelen
- aan de zijde van de Staat te begroten op het van haar geheven griffierecht aan verschotten en op 2 punten naar tarief II van het liquidatietarief voor salaris van de advocaat;
- aan de zijde van Fastned te begroten op het van haar geheven griffierecht aan verschotten en op 1 punt naar tarief II van het liquidatietarief voor salaris van de advocaat
- Aan de zijde van Circle K te begroten op het van haar geheven griffierecht en op 1 punt naar tarief II aan salaris advocaat;
- Aan de zijde van Hajé op nihil.
7.De beslissing
- € 827,- aan griffierecht
- € 2.428, - aan salaris van de advocaat (2 procespunten x het toepasselijke tarief II) en
- € 827,- aan griffierecht
- € 2.428, - aan salaris van de advocaat (2 procespunten x het toepasselijke tarief II) en bepaalt dat al deze kosten moeten worden betaald binnen 14 dagen na vandaag. Als niet op tijd wordt betaald, dan worden die kosten verhoogd met de wettelijke rente;
- € 827,- aan griffierecht
- € 1.214, - aan salaris van de advocaat (1 procespunt x het toepasselijke tarief II);
- € 827,- aan griffierecht
- € 2.428, - aan salaris van de advocaat (2 procespunten x het toepasselijke tarief II) en
- € 827,- aan griffierecht
- € 1.214, - aan salaris van de advocaat (1 procespunten x het toepasselijke tarief II) en
- € 827,- aan griffierecht
- € 1.214, - aan salaris van de advocaat (1 procespunt x het toepasselijke tarief II);