Uitspraak
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
2.De kern van de zaak
3.De toelichting op de beslissing van het hof
€ 1.132,14, aan buitengerechtelijke incassokosten omdat hij slechts € 2.404,64 aan [de verhuurster] is verschuldigd waarvoor de incassokosten hoogstens € 360,60 bedragen. Het hof heeft in 3.1 echter geoordeeld dat [de huurder] een huurschuld heeft van € 3.164,64. De voor die huurschuld door [de verhuurster] verzonden aanmaningen van 18 oktober 2023 en 28 november 2023
(‘veertiendagenbrieven’) voldoen aan de door de wet gestelde eisen en zijn door [de huurder] ontvangen, zodat [de verhuurster] voor die schuld aanspraak heeft op vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten van totaal (€ 430,78 + € 143,60 =) € 574,38. Of [de verhuurster] ook recht heeft op vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten voor de door haar geleden schade, zal het hof beoordelen nadat het die schade definitief heeft vastgesteld.