Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 23 augustus 2016
[appellante],
[geïntimeerde],
Het geding
Beoordeling van het hoger beroep
zonder stelposten sanitair: € 5.950,00 euro Incl. Btw (…)
2.975,00 zonder Stelpost: Materialen sanitair: €
845,00euro (voorschot) voor de bouw begin
2.380,00euro ( Eerste dag begin de werkzaamheden )
595,00euro ( Oplevering van de werkzaamheden )
Voorts heeft [appellante] twee offertes voor het verrichten van werkzaamheden aan de badkamer gekregen: een offerte van [naam] Installatie.nl ad € 7.725,24 (inclusief BTW) en een offerte van Plusfour Milieubouw ad € 6.181,92 (inclusief BTW).
Het hof overweegt dienaangaande het volgende.
“aanneming van werk die strekt tot de bouw van een woning, bestaande uit een onroerende zaak of bestanddeel daarvan, in opdracht van een natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf”(citaat uit artikel 7:765 BW). Uit deze wetstekst blijkt dat het moet gaan om de bouw van een woning. [appellante] meent dat de renovatie van een badkamer volgens de wet ook onder ‘bouw van een woning’ valt, kennelijk omdat een badkamer een bestanddeel van de woning is en in de wetstekst tussen komma’s staat:
“bestaande uit een onroerende zaak of bestanddeel daarvan”.
‘een onroerende zaak of bestanddeel daarvan’, het woordje
‘daarvan’terugslaat op
‘een onroerende zaak’en niet op het eerder genoemde woord
‘woning’. De wetgever heeft
‘bouw van een woning’beperkt tot onroerende zaken (dus geen woonboten of caravans en dergelijke) en woningen die niet zelfstandig een onroerende zaak zijn, maar bestanddelen zijn van een groter complex (dus bijvoorbeeld de bouw van een woning in een onroerende zaak waarin ook bedrijven of andere woningen komen) onder de bescherming van de wet gebracht. Dat betekent geenszins dat het verbouwen van een stukje van een bestaande woning, zoals de badkamer, reeds als
“bouw van een woning”in de zin van de wet kan worden aangemerkt.
De rapport kosten zijn redelijk en dienen door [geïntimeerde], als de in verzuim gekomen partij te worden gedragen. Het hof zal de vordering dienaangaande daarom toewijzen. De gevorderde wettelijke rente vanaf de dagvaarding in hoger beroep, is toewijsbaar.
Beslissing
in zoverre opnieuw rechtdoende:
in zoverre opnieuw rechtdoende: