ECLI:NL:GHDHA:2021:1760
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Chr.Th.P.M. Zandhuis
- H.A.J. Kroon
- R.A. Bosman
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake vastgestelde WOZ-waarde van een woning
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 15 september 2021 uitspraak gedaan in een hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank Rotterdam. De zaak betreft de vastgestelde WOZ-waarde van een woning, die door de Heffingsambtenaar was vastgesteld op € 242.000 voor het kalenderjaar 2019. Na bezwaar van belanghebbende werd deze waarde verlaagd tot € 230.000. Belanghebbende was het niet eens met deze waarde en heeft hoger beroep ingesteld, waarbij hij een waarde van € 213.000 bepleitte. Het Hof oordeelde dat de Heffingsambtenaar niet aannemelijk had gemaakt dat de vastgestelde waarde niet te hoog was. Het Hof heeft vastgesteld dat de waarde van de woning in goede justitie op € 220.000 moet worden bepaald, waarbij het Hof rekening hield met de ligging van de woning en de vergelijkingsobjecten. De uitspraak van de Rechtbank werd vernietigd, evenals de uitspraak op bezwaar, en de Heffingsambtenaar werd veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad.