ECLI:NL:GHDHA:2025:1786
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake parkeerbelasting en aanmaningskosten door de gemeente Leiden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag, waarin de Heffingsambtenaar van de gemeente Leiden een naheffingsaanslag voor parkeerbelasting heeft opgelegd. De naheffingsaanslag van € 91,60 werd opgelegd op 29 oktober 2022, omdat belanghebbende zonder geldige parkeervergunning parkeerde. Na een herinnering en aanmaning, waarbij aanmaningskosten in rekening werden gebracht, heeft belanghebbende bezwaar aangetekend. De Rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, waarna belanghebbende in hoger beroep ging. Tijdens de zitting van het Gerechtshof op 23 juli 2025 betwistte de gemachtigde van belanghebbende de ontvangst van de naheffingsaanslag en het duplicaat. Het Hof oordeelde dat de Heffingsambtenaar aannemelijk had gemaakt dat de documenten correct waren verzonden. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Rechtbank, waarbij het hoger beroep ongegrond werd verklaard. Er werd geen proceskostenvergoeding of griffierecht toegewezen.