Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 25 september 2023 waarmee [appellante] in hoger beroep is gekomen van het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Rotterdam van 21 juli 2023;
- het arrest van dit hof van 23 januari 2024, waarin een mondelinge behandeling is gelast (deze is niet gehouden);
3.Feitelijke achtergrond
DEKRA rapporteert verder dat er diverse gebreken kleven aan de uitgevoerde werkzaamheden en dat de herstelkosten daarvan worden geraamd op € 11.075,00 inclusief btw
.3.4. Bij brief van 28 februari 2024 heeft de advocaat van [appellante] aan JenA geschreven dat de tussen partijen gesloten overeenkomsten worden vernietigd.
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vorderingen in hoger beroep
6.6. Beoordeling in hoger beroepOvereenkomst niet vernietigbaar
€ 4.750,00, waarop nog een sanctie van 66,6 % dient te worden toegepast, aldus [appellante] . [appellante] meent echter dat zij voor het gehele werk niets hoeft te betalen, omdat er anders in feite geen enkele sanctie zou zijn voor de oneerlijke handelspraktijken van JenA. [appellante] maakt daarom aanspraak op de terugbetaling van alle betalingen die zij aan JenA Bouw heeft gedaan (uren plus materiaal), alsmede alle kosten waartoe zij (ten onrechte) is veroordeeld en die zij inmiddels ook heeft voldaan.
€ 35,00 incl btw een redelijk uurtarief is en dat partijen vooraf geen vaste prijs zijn overeengekomen. Zij heeft verder de door JenA gemaakte materiaalkosten telkens betaald.
€ 13.370,00 (€ 2.135,00 + € 1.750,00. + € 9.485,00). Het hof ziet geen aanleiding om van deze raming naar boven of onder af te wijken bij het bepalen van een redelijke prijs.
“Ik heb mijn rapport definitief gemaakt n.a.v. de opmerkingen van wederpartij en de reactie daarop van cliënte. Het rapport is op onderdelen aangevuld en verduidelijkt. Mijn bevindingen, conclusies en kostenramingen zijn ongewijzigd gebleven. (…) Ik heb niet inhoudelijk gereageerd op de opmerkingen van wederpartij, omdat ik mij niet in die discussie kan en wil mengen. De reactie van cliënte hierop lijkt mij voldoende duidelijk”.Hieruit volgt dat de deskundige in de opmerkingen van JenA geen aanleiding heeft gezien om zijn bevindingen aan te passen.
JenA voert in dit verband nog aan dat DEKRA is uitgegaan van verkeerde veronderstellingen en dat JenA bijvoorbeeld, naar het hof begrijpt, voor de trapkast en de dakgoot bij het tuinhuisje meer werkzaamheden heeft verricht, waardoor de kosten van het werk nog hoger zijn dan het door de rechtbank toegewezen bedrag van € 25.000,00. JenA laat echter na dit nader te onderbouwen. Deze betwisting is daarom in het licht van de uitgebreide specificatie van de kostenraming van DEKRA onvoldoende. Het hof gaat daar om die reden aan voorbij.
- Explootkosten € 132,42
- Griffierechten € 783,00
- Salaris advocaat € 2.356,50 (1,5 punt(en) x tarief € 1.571,00)
- Nakosten € 178,00 (plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)