ECLI:NL:GHLEE:2010:BN3512
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Veroordeling wegens belastingfraude en onttrekking aan pandrecht
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 9 augustus 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Assen. De verdachte werd beschuldigd van het onttrekken van een bedrag aan een pandrecht en jarenlang belastingfraude. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 21 maanden. Bij de strafmaat is rekening gehouden met de overschrijding van de redelijke termijn van de procedure in hoger beroep, die meer dan een jaar en vijf maanden bedroeg. De verdachte had zich schuldig gemaakt aan het opzettelijk onjuist en onvolledig indienen van belastingaangiften, wat resulteerde in te weinig geheven belasting. Het hof oordeelde dat de verdachte niet ontvankelijk was in zijn hoger beroep voor zover dit gericht was tegen de vrijspraak van andere tenlasteleggingen. De verdachte had geen blijk gegeven van schuldbesef en probeerde de verantwoordelijkheid voor zijn daden bij anderen neer te leggen. Het hof achtte de opgelegde straf door de rechtbank en de vordering van de advocaat-generaal onvoldoende recht doen aan de ernst van de feiten. De verdachte had jarenlang belastingfraude gepleegd en het vertrouwen van de fiscus geschaad, wat leidde tot een oneerlijke concurrentiepositie voor andere belastingplichtigen. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 21 maanden, waarbij de tijd die de verdachte in verzekering had doorgebracht in mindering werd gebracht op de opgelegde straf.