Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
In aanmerking nemende dat:(A) Ontwikkelaar voornemens is het - in de Gemeente gelegen - gebied zoals weergegeven op Bijlage 1 en wat geheel bij haar in eigendom is ('Exploitatiegebied') geheel voor eigen rekening en risico te ontwikkelen voor maximaal 190 woningen onderverdeeld in maximaal 155 woningen in fase 1 en 35 woningen in fase 2, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen (i) het Openbaar gebied en (ii) 'de rest' ('het Project'). Wanneer in fase 1 minder dan 155 woningen worden gerealiseerd is het mogelijk om, op basis van het vastgestelde inrichtingsplan, de overige woningen met toestemming van het college over te hevelen naar fase 2;
14 woningen [naam 4] [plaats] fase 1 - blok 3 & 5 bestaande uit 14 koopwoningen. Blok 3 & 5 worden separaat aangevraagd maar maken wel onderdeel uit van fase 1” (hof: hierna: fase 1b)
32 Appartementen + 16 woningen [naam 4] [plaats] fase 1C bestaande uit 32 koopappartementen en 16 koopwoningen. De woningen maken onderdeel uit van fase 1 van het project [naam 4] .” (hof: hierna: fase 1c)
3.Geschil en conclusies van partijen
fair playdan wel het zorgvuldigheidsbeginsel geschonden?
4.Gronden
Artikel 2 Belastbaar feit
(…)
(…)
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
2.3. Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. (…)
2.3.1.1.d. Vermindering grote projecten
(…)
een aanvraagtot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft. De tabel knoopt daarbij aan bij de individuele aanvraag. Het maximum van € 500.000 dat op grond van artikel 2.3.1.1.d. tarieventabel voor een project geldt, is daarom van toepassing per aanvraag. Aangezien belanghebbende op 14 en 15 december 2020 drie afzonderlijke aanvragen heeft gedaan, die daarom ook alle drie een afzonderlijk aanvraagnummer hebben gekregen, is het maximum van € 500.000 per aanvraag van toepassing. Het maakt daarbij niet uit dat de aanvragen allen betrekking hebben op fase 1 van het project [naam 4] . Ook de omstandigheid dat in de overeenkomst tussen belanghebbende en de gemeente wordt gesproken over ‘het project’ waarmee het gehele project [naam 4] wordt bedoeld, leidt niet tot een ander oordeel.
Fair play en zorgvuldigheidsbeginsel
fair playbeginsel gehandeld, aldus nog steeds belanghebbende. Belanghebbende wijst erop dat de gemeente wist dat vanwege aanstaande wijzigingen in wet- en regelgeving per 1 januari 2021, de inwerkingtreding van de zogenoemde BENG regels (bijna energieneutraal), belanghebbende voor de jaarwisseling de benodigde vergunningsaanvragen voor de verwezenlijking van het project wilde indienen.
fair playbeginsel, die gevolgen moet hebben voor de aanslagen leges. Ten overvloede merkt het hof met betrekking tot het oordeel van de rechtbank dat de heffingsambtenaar niet in strijd heeft gehandeld met deze beginselen op, dat niet is gesteld of gebleken dat de gemeenteambtenaren waarmee belanghebbende in deze periode contact had, heffingsambtenaar waren, dat zij deze vertegenwoordigden of dat hun handelwijze aan de heffingsambtenaar moet worden toegerekend.
5.Beslissing
- verklaart de hoger beroepen ongegrond;
- bevestigt de uitspraken van de rechtbank.
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie
www.hogeraad.nl).