mw. mr. J.M. van der Vegt

Het hof bevestigt de naheffingsaanslag accijns aan de belanghebbende voor het voorhanden hebben van onveraccijnsde sigaretten, ondanks strafrechtelijke vrijspraak. Hoger beroep ongegrond verklaard.

Hoger beroep ongegrond verklaard; belanghebbende wordt aangemerkt als belastingplichtige voor de naheffingsaanslag accijns op onveraccijnsde sigaretten en tabak.

Hoger beroep over WOZ-waarden; rechtbank handelde onzorgvuldig door geen zitting te houden. Hof stelt WOZ-waarden vast en veroordeelt heffingsambtenaar tot proceskostenvergoeding.

Hoger beroep over navorderingsaanslagen IB/PVV en Zvw wegens carrouselfraude. Hof vernietigt aanslagen voor 2013 en 2014, bevestigt boete voor 2015.

Hoger beroep over naheffingsaanslag omzetbelasting en vergrijpboete. Hof vernietigt naheffingsaanslag deels en boete wegens gebrek aan bewijs voor fraude.

Hoger beroep van de inspecteur tegen de vernietiging van een naheffingsaanslag overdrachtsbelasting door de rechtbank. Het hof bevestigt de vrijstelling van overdrachtsbelasting voor de verkrijging van aandelen na splitsing.

Het hof bevestigt de belastingheffing over het pensioen van een gepensioneerde in Spanje en oordeelt dat hij geen recht heeft op aftrek of kwalificerende buitenlandse belastingplichtige is.

Het hof bevestigt de WOZ-waarde van € 240.000 en de aanslagen, maar kent een dwangsom van € 1.442 toe en een schadevergoeding van € 1.000 aan de belanghebbende.

Hoger beroep over WOZ-waarde; hof oordeelt dat heffingsambtenaar artikel 40 Wet WOZ heeft geschonden, maar WOZ-waarde niet te hoog is vastgesteld.

Hoger beroep over WOZ-beschikking van een winkelpand; rechtbank oordeelt dat heffingsambtenaar niet alle stukken heeft overgelegd. Hof vernietigt uitspraak en handhaaft WOZ-waarde van € 4.125.000.

Het hof oordeelt dat Nederland belasting mag heffen over het inkomen uit aanmerkelijk belang van belanghebbende, die in 2014 niet in Oostenrijk woonde. De vergrijpboete wordt vernietigd.

Het hof vernietigt de aanslagen onroerendezaakbelasting en rioolheffing, maar vermindert de aanslag zuiveringsheffing naar € 67,96.

Hoger beroep over aftrek specifieke zorgkosten in inkomstenbelasting 2017; hof bevestigt uitspraak rechtbank en verklaart hoger beroep ongegrond.

Het hof vernietigt de tweede naheffingsaanslag accijns, maar bevestigt de eerste. De heffing is niet in strijd met het evenredigheidsbeginsel of eigendomsrecht, maar de tweede aanslag is onterecht.

Hoger beroep over aanslag IB/PVV 2020. Hof bevestigt dat geen bron van inkomen aanwezig is en wijst verzoek om dwangsom af.

Het hof verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk wegens het faillissement van de belanghebbende en het verzoek om ontslag van instantie door de heffingsambtenaar.

Hoger beroep ongegrond verklaard; geen recht op hogere rentevergoeding of immateriële schadevergoeding.

Hoger beroep over belastingaanslagen en boetebeschikkingen van belanghebbende, met vermindering van aanslagen voor 2015 en 2016, maar bevestiging van verzuimboete voor 2018.

Hoger beroep over belastingaanslagen en boetebeschikkingen; belanghebbende heeft geen aangifte gedaan, omkering bewijslast; hof vermindert aanslagen en vernietigt boetes.

Hoger beroep over WOZ-waarde woning; hof bevestigt uitspraak rechtbank en verklaart beroep ongegrond.

Hoger beroep over aanslagen IB/PVV en Zvw in verband met productie synthetische drugs. Aanslagen zijn terecht opgelegd, motiveringsbeginsel niet geschonden, geen recht op kostenvergoeding.

Het Gerechtshof 's-Hertogenbosch wijst het herzieningsverzoek van verzoeker af, omdat er geen novum is dat herziening rechtvaardigt.

Hoger beroep over WOZ-waarde en proceskostenvergoeding; hof oordeelt dat heffingsambtenaar voldoende informatie heeft verstrekt, maar belanghebbende heeft recht op vergoeding van griffierecht.

Hoger beroep ongegrond; belanghebbende maakt niet aannemelijk dat er méér schade is dan door de inspecteur berekend. Naheffingsaanslagen blijven gehandhaafd.

Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de landbouwvrijstelling van toepassing is op de volledige boekwinst bij de terugkoop van de grond.

Hoger beroep over OZB en WOZ-waarde van een kledingwinkel tijdens coronamaatregelen. Aanslag OZB terecht opgelegd, duurzaam gebruik aangetoond. WOZ-waarde niet te hoog vastgesteld.

Hoger beroep over WOZ-waarde van restaurant in Eindhoven; hof bevestigt uitspraak rechtbank en verklaart hoger beroep ongegrond.

Het hof heeft de WOZ-waarden van drie onroerende zaken vastgesteld en de heffingsambtenaar veroordeeld tot vergoeding van kosten, omdat het hoger beroep gegrond was.

Hoger beroep over WOZ-waarden van onroerende zaken; beroep niet-ontvankelijk verklaard; hoger beroep ongegrond verklaard.

Hoger beroep ongegrond; belanghebbende kan niet aantonen dat hij hoofdverblijf had in de gemeente Vlissingen; bevestiging uitspraak rechtbank.

Het hof bevestigt de naheffingsaanslagen kansspelbelasting en verzuimboeten aan belanghebbende, oordelend dat de kansspelbelasting niet in strijd is met de BTW-richtlijn en dat de verzuimboeten passend zijn.

Hoger beroep van een café-exploitant tegen belastingaanslagen en vergrijpboeten. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond.

Verdachte, autohandelaar, veroordeeld voor fiscale fraude en witwassen van € 207.371,00 door valse inkoopfacturen en onjuiste aangiften omzetbelasting.

Hoger beroep over naheffingsaanslag BPM; hof oordeelt dat artikel 110 VWEU niet van toepassing is op auto van buiten de EU; naheffingsaanslag blijft gehandhaafd.

Het hof oordeelt dat de aanslag OZB gebruiker terecht is opgelegd aan belanghebbende, ondanks de sluiting wegens coronamaatregelen, omdat er sprake was van duurzaam gebruik.

Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat de afwaardering van vorderingen onzakelijk was en de herinvesteringsreserve terecht is vrijgevallen.

Het hof oordeelt dat de kwijtscheldingen door de BV aan de zonen van belanghebbende een verkapte winstuitdeling vormen, waardoor het hoger beroep ongegrond is verklaard.

Het hof oordeelt dat de kwijtscheldingen door de BV aan de zonen van belanghebbende onzakelijk waren, wat leidt tot een verkapte winstuitdeling aan belanghebbende. Hoger beroep ongegrond.

Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verwerpt het hoger beroep van belanghebbende inzake BPM-heffing en transparantie van het stelsel.

Het hof bevestigt de naheffingsaanslag BPM en verwerpt het standpunt van belanghebbende over de transparantie van het BPM-heffingsstelsel. De uitspraak van de rechtbank wordt bekrachtigd.

Het hof vernietigt de uitspraak van de rechtbank en vermindert de naheffingsaanslag BPM met € 1.178. Belanghebbende heeft niet aangetoond dat er sprake is van bijzondere schade.

Het hof vernietigt de uitspraak van de rechtbank en de naheffingsaanslag BPM, en stelt de waardevermindering vast op € 4.000, waardoor de naheffingsaanslag wordt verminderd tot € 1.070.

Het hof bevestigt de WOZ-waarde van de woning en oordeelt dat de heffingsambtenaar niet te hoog heeft vastgesteld. Schending van artikel 40 WOZ leidt niet tot vernietiging van de uitspraak.

Hoger beroep over WOZ-waarde woonboerderij; hof stelt waarde vast op € 370.000 na beoordeling van ingebruikname varkensstal.

Het hof verklaart het hoger beroep van [belanghebbende] B.V. niet ontvankelijk wegens het ontbreken van een recente machtiging van de gemachtigde.

Wrakingsverzoek van verzoekster niet tijdig ingediend; verzoekster is niet-ontvankelijk verklaard.

Hoger beroep ongegrond; legesheffing op WOB-verzoek door gemeente Bergeijk rechtmatig. Belanghebbende's argumenten over WOO, gelijkheidsbeginsel en vertrouwensbeginsel verworpen.

Hoger beroep over WOZ-waarde woning in Boxtel; hof bevestigt uitspraak rechtbank en verklaart hoger beroep ongegrond.

Het hof oordeelt dat de inspecteur voldoende rekening heeft gehouden met schade bij de BPM-berekening, maar dat de belanghebbende recht heeft op een hogere kostenvergoeding voor de bezwaarfase.

Het hof oordeelt dat belanghebbende geen schade heeft aangetoond voor BPM en wijst de herleidingsmethode af, maar verhoogt de kostenvergoeding voor de bezwaarfase.