ECLI:NL:HR:2010:BO8542
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- W.D.H. Asser
- C.E. Drion
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie over goede trouw bij overdracht van goed door bestuurder
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 24 december 2010 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen Malt-in-Trade Ltd. en de Ontvanger van de Belastingdienst Holland-Noord. De zaak betreft een invorderingskwestie waarbij de vraag centraal staat of een goed dat door een bestuurder is overgedragen aan een derde, door deze derde te goeder trouw is verkregen. De Hoge Raad verwijst naar de relevante artikelen van de Invorderingswet 1990 en het Burgerlijk Wetboek, met name artikel 36 lid 8 van de Invorderingswet en artikel 3:45 leden 4 en 5 van het Burgerlijk Wetboek, die betrekking hebben op het rechterlijk vermoeden van goede trouw en het tegenbewijs. De Hoge Raad heeft de eerdere vonnissen en arresten van de rechtbank en het gerechtshof in acht genomen, waaronder de vonnissen van de rechtbank Alkmaar en de arresten van het gerechtshof te Amsterdam. De advocaat-generaal E.M. Wesseling-van Gent heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep in cassatie. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en Malt-in-Trade veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die zijn begroot op € 384,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris. De uitspraak is gedaan in het openbaar en is ondertekend door de raadsheren van de Hoge Raad.