ECLI:NL:HR:2011:BO7058
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- W.D.H. Asser
- C.E. Drion
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Geschil tussen voormalig echtelieden over bijdrage in kosten verzorging en opvoeding kind
In deze zaak gaat het om een geschil tussen voormalig echtelieden over de bijdrage in de kosten voor de verzorging en opvoeding van hun kind. De moeder, verzoekster tot cassatie, heeft beroep in cassatie ingesteld tegen een beschikking van het gerechtshof te Amsterdam. De vader, verweerder in cassatie, is niet verschenen. De Hoge Raad verwijst naar eerdere beschikkingen van de rechtbank Alkmaar en het gerechtshof, waaruit blijkt dat de moeder en vader in een langdurige juridische strijd verwikkeld zijn geweest over de financiële verantwoordelijkheden met betrekking tot hun kind.
De Hoge Raad heeft de zaak op 4 februari 2011 behandeld en de conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot was om het beroep te verwerpen op basis van artikel 81 van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten die in het cassatierekest zijn aangevoerd, niet tot cassatie kunnen leiden. Dit oordeel is gebaseerd op de overweging dat de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, wat betekent dat de eerdere beslissingen van de lagere rechtbanken in stand blijven. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann, waarbij de andere raadsheren A. Hammerstein, W.D.H. Asser en C.E. Drion betrokken waren.