ECLI:NL:HR:2021:1375
Hoge Raad
- Cassatie
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen informatiebeschikking door de gemeente Huizen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 24 september 2021 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure die was aangespannen door [X] te [Z], hierna aangeduid als belanghebbende, tegen het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Huizen. De zaak betreft een beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 15 december 2020, waarin het hoger beroep van belanghebbende tegen een eerdere uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland werd behandeld. De Rechtbank had in deze eerdere uitspraak een informatiebeschikking gegeven aan belanghebbende, waartegen hij in hoger beroep was gegaan.
Belanghebbende, vertegenwoordigd door A. Oosters, heeft in cassatie verschillende middelen voorgesteld. Het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Huizen, vertegenwoordigd door R.J. Ligthart, heeft een verweerschrift ingediend. De Hoge Raad heeft de voorgestelde middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet kunnen leiden tot vernietiging van de uitspraak van het Hof. De Hoge Raad heeft daarbij aangegeven dat het niet nodig is om te motiveren waarom het tot dit oordeel is gekomen, aangezien de beoordeling van de middelen niet vereist dat er antwoorden worden gegeven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie.
De Hoge Raad heeft ook geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. In de beslissing heeft de Hoge Raad het beroep in cassatie ongegrond verklaard en belanghebbende een termijn van vier weken gegeven, te rekenen vanaf de datum van het arrest, om alsnog te voldoen aan de verplichtingen die in de informatiebeschikking zijn neergelegd. Dit arrest is openbaar uitgesproken door de vice-president R.J. Koopman als voorzitter, samen met de raadsheren J. Wortel en M.T. Boerlage, en in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren.