Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.OVERWEGINGEN
twee maandenna de verzenddatum schriftelijk verzet doen bij:
belastinggriffieCUR@caribjustitia.org.
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao uitspraak gedaan over een verzoek tot vergoeding van proceskosten door de belanghebbende, die in beroep was gekomen tegen aanslagen inkomstenbelasting en premie AVBZ voor het jaar 2017. De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen de aanslagen en was in beroep gegaan wegens het niet tijdig doen van uitspraak op het bezwaar. Het Gerecht heeft vastgesteld dat de belanghebbende recht heeft op een kostenvergoeding van NAf 350, waarbij een wegingsfactor van 0,5 is toegepast. Dit is een wijziging ten opzichte van de eerder gehanteerde wegingsfactor van 0,25, in navolging van het beleid van de Gerechtshoven in Nederland.
De belanghebbende had op 4 april 2019 bezwaar gemaakt tegen de aanslagen en is op 4 januari 2021 in beroep gekomen. De Inspecteur heeft de aanslagen op 26 januari 2022 verminderd, waarna de belanghebbende het beroep heeft ingetrokken en verzocht om vergoeding van de proceskosten en het griffierecht. Het Gerecht heeft overwogen dat, ingevolge de Landsverordening op het beroep in belastingzaken, de kosten die de belastingplichtige in verband met de behandeling van het beroep redelijkerwijs heeft moeten maken, vergoed dienen te worden. De kosten voor de bezwaarfase komen echter niet voor vergoeding in aanmerking, omdat de belanghebbende daar geen verzoek om vergoeding heeft ingediend.
De uitspraak is gedaan door mr. drs. M.M. de Werd en is op 11 maart 2022 uitgesproken in aanwezigheid van de griffier M.M.M. Faro MSc. Het Gerecht heeft de Inspecteur veroordeeld tot betaling van de proceskosten en het griffierecht aan de belanghebbende, en heeft de belanghebbende geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak binnen twee maanden na de verzenddatum.