5.11.Subsidiair verdedigt belanghebbende het standpunt dat de onder 2.3 vermelde correcties ten onrechte, dan wel tot een te hoog bedrag zijn gecorrigeerd. Ter zitting van het Hof zijn alle onder 2.3 vermelde correcties met partijen besproken. Behoudens de correcties onder 4.2.8 (Rekening courant schuld digra) en 4.3.2 (Omzet verhuur Bonaire), is over alle correcties ter zitting van het Hof overeenstemming bereikt. In de hierna volgende overwegingen komen de afzonderlijke correcties aan de orde. Voor zover de correcties door het Gerecht tot ‘0’zijn teruggebracht, dan wel sprake is van een negatieve correctie, kan een beoordeling achterwege blijven, nu de Inspecteur immers geen hoger beroep heeft ingesteld.
Correctie 4.2.3 Vliegtuig: NAf. 38.534 (2013), NAf. 29.128 (2014) en NAf. 67.999 (2015)
5.11.1.Ter zitting van het Hof zijn partijen het eens geworden dat voor zover het de vliegtuigkosten betreft, sprake is van winstuitdelingen en dat de hoogte van de winstuitdelingen gelijk moet worden geacht aan de gemaakte kosten van NAf. 38.354 (2013), NAf. 29.128 (2014) en NAf. 67.999 (2015). Voor zover de kosten niet zijn doorbelast aan Bonaire BV is sprake van middellijke winstuitdelingen, voor zover het gaat om privé-uitgaven om onmiddellijke winstuitdelingen.
Correctie 4.2.3 Vliegtuig: NAf. 224.476
5.11.2.Per ultimo 2015 bedraagt de boekwaarde van twee door Holding NV aangeschafte vliegtuigen NAf. 224.476. Volgens de Inspecteur zijn de vliegtuigen gekocht met het oog op de persoonlijke behoeftebevrediging van belanghebbende, zijnde de aandeelhouder van Holding NV, horen de vliegtuigen niet thuis op de balans van Holding NV en heeft de Inspecteur ter grootte van de boekwaarde per ultimo 2015 een balanscorrectie aangebracht op de balans van Holding NV en ter zake van belanghebbende een winstuitdeling geconstateerd van
NAf. 224.476.
Naar het oordeel van het Hof verzet het bepaalde in artikel 1, lid 4, van de Landsverordening op de winstbelasting 1940 (hierna: LvWB) zich tegen de zienswijze van de Inspecteur. Ingevolge deze bepaling wordt Holding NV geacht haar onderneming uit te oefenen met behulp van haar gehele vermogen. Dit betekent dat de Inspecteur de op de balans opgenomen vliegtuigen niet kan aanmerken als ‘privé-vermogen’ van belanghebbende en evenmin tot het bedrag van de boekwaarde van de vliegtuigen een winstuitdeling kan constateren. Dat in de jaren na 2015 de (afschrijvings)kosten van de vliegtuigen wellicht niet in aftrek komen bij Holding NV en in die latere jaren wellicht als winstuitdelingen moeten worden aangemerkt, doet aan het vorenstaande niet af. De correctie van NAf. 224.476 dient dan ook te vervallen. Ter zitting van het Hof hebben partijen verklaard akkoord te gaan met het vervallen van genoemde correctie.
Correctie 4.2.4. Auto 3: NAf. 17.750
5.11.3.Auto 3 betreft een Mitsubishi L200, eigendom van [MT] NV, die om niet ter beschikking is gesteld aan [GE] NV. Per ultimo 2015 bedraagt de boekwaarde van auto 3 NAf. 17.750. De Inspecteur heeft, omdat belanghebbende volgens de Inspecteur de zakelijkheid van de investering van auto 3 niet of onvoldoende heeft onderbouwd, ter grootte van de boekwaarde per ultimo 2015 een balanscorrectie aangebracht op de balans van Holding NV en ter zake van belanghebbende een winstuitdeling geconstateerd van NAf. 17.750.
Naar het oordeel van het Hof verzet het bepaalde in artikel 1, lid 4, van de LvWB zich tegen de zienswijze van de Inspecteur. Ingevolge deze bepaling wordt Holding NV geacht haar onderneming uit te oefenen met behulp van haar gehele vermogen. Dit betekent dat de Inspecteur de op de balans opgenomen auto 3 niet kan aanmerken als ‘privé-vermogen’ van belanghebbende en evenmin tot het bedrag van de boekwaarde van NAf. 17.250 een winstuitdeling kan constateren. Dat in de jaren na 2015 de (afschrijvings)kosten van auto 3 wellicht niet in aftrek komen bij Holding NV en in die latere jaren wellicht als winstuitdelingen moeten worden aangemerkt, doet aan het vorenstaande niet af.
De correctie van NAf. 17.750 dient dan ook te vervallen.
5.11.4.Anders dan in het rapport boekenonderzoek is voorgesteld, heeft de Inspecteur de correctie in verband met de jaarlijkse (afschrijvings)kosten betreffende auto 3, alsmede de daarmee samenhangende winstuitdelingen van NAf. 9.000 (2013), NAf. 9.000 (2014) en
NAf. 14.250 (2015) per abuis verzuimd aan te brengen. Voor wat betreft het jaar 2015 beroept de Inspecteur zich op interne compensatie tot het bedrag van NAf. 14.250. Het Hof zal het beroep op interne compensatie honoreren en voor wat betreft het jaar 2015 een winstuitdeling van
NAf. 14.250 ter zake van auto 3 in aanmerking nemen.
Ter zitting van het Hof hebben partijen verklaard akkoord te gaan met genoemde correctie.
Correcties 4.2.8 Rekening courant schuld digra: NAf. 847.533 (2015) en 4.2.8. Rekening courant schuld digra rente: NAf. 17.231 (2014) en NAf. 38.108 (2015)
5.11.5.Per 1 januari 2013 heeft belanghebbende een vordering in rekening-courant op Holding NV van NAf. 1.416.799. Per ultimo 2015 bedraagt deze vordering NAf. 569.266. Volgens de Inspecteur kan belanghebbende niet verklaren op welke wijze deze vordering per 1 januari 2013 is ontstaan. Om die reden heeft de Inspecteur de vordering per 1 januari 2013 op NAf. 0 gezet en een balanscorrectie van NAf. 1.416.799 aangebracht. Rekening houdend met de opnames en stortingen die in de jaren 2013 tot en met 2015 in rekening courant zijn gedaan, bedraagt de rekening-courantschuld van belanghebbende aan Holding BV per ultimo 2015 NAf. 847.533. De Inspecteur stelt vervolgens dat belanghebbende deze vordering niet kan terugbetalen en heeft om die reden een winstuitdeling van NAf. 847.533 voor het jaar 2015 in aanmerking genomen.
5.11.6.Belanghebbende heeft in zijn hoger beroepschrift gesteld dat de vordering wel degelijk juist is en dat deze (mede) is te verklaren door dividenden die belanghebbende heeft ontvangen in de jaren 2000 tot en met 2010 van [ASC] NV, waarvan belanghebbende middellijk aandeelhouder is. Belanghebbende zou die genoten dividenden hebben uitgeleend aan [MT] NV. Voorts stelt belanghebbende dat de vordering in rekening-courant in wezen nog veel hoger is, omdat nog geen rekening is gehouden met de door belanghebbende ingebrachte opstallen aan de [adres] 97-100 en 101-104 met een waarde van, in totaal, NAf. 1.700.000.
5.11.7.De bewijslast ten aanzien van het stellen van een winstuitdeling rust normaal gesproken op de Inspecteur. In dit geval is evenwel sprake van omkering en verzwaring van de bewijslast. Dat sprake is van omkering en verzwaring van de bewijslast laat evenwel onverlet dat de Inspecteur gehouden is bij het vaststellen van de navorderingsaanslagen uit te gaan van een redelijke schatting van de winst van belanghebbende. Het vereiste van een redelijke schatting strekt, in de context van de omkering en verzwaring van de bewijslast, ertoe te voorkomen dat een belastingaanslag naar willekeur wordt vastgesteld. In dat kader rust op de Inspecteur de taak zijn schatting van het inkomen zodanig met feitelijke stellingen te onderbouwen dat die schatting de redelijkheidstoets kan doorstaan.
5.11.8.De Inspecteur heeft onweersproken gesteld dat door Holding NV en de met haar gevoegde dochtermaatschappijen gedurende de jaren 2004 tot en met 2012 geen aangiften winstbelasting is gedaan. Als gevolg daarvan ontbreekt de historie met betrekking tot het ontstaan van de rekening-courantvordering. Dat die historie niet kan worden vastgesteld is toe te schrijven aan belanghebbende; deze heeft immers de verplichting een deugdelijke administratie te voeren aan de hand waarvan op correcte wijze aangifte wordt gedaan. Gegeven die omstandigheid acht het Hof het niet onredelijk dat de Inspecteur er vanuit gaat dat de vordering op 1 januari 2013 NAf. 0 bedraagt. Hetgeen door belanghebbende is aangevoerd in 5.11.6 maakt dit niet anders, nu belanghebbende zijn standpunt niet dan wel onvoldoende heeft onderbouwd.
Vervolgens komt de vraag aan de orde of een winstuitdeling van NAf. 847.533 de grenzen van de redelijkheid niet overschrijdt. Genoemde correctie, waarbij de schuld van belanghebbende aan Holding NV op NAf. 0 wordt bepaald, gaat er vanuit dat belanghebbende in het geheel niet tot terugbetaling in staat is. Zulks acht het Hof onwaarschijnlijk. Het Hof is van oordeel dat belanghebbende redelijkerwijs in staat moet worden geacht tot terugbetaling aan Holding NV van NAf. 300.000.
Gegeven het feit dat belanghebbende het verzwaarde tegenbewijs niet heeft geleverd, dient het verschil tussen NAf. 847.533 en NAf. 300.000, NAf. 547.533, als winstuitdeling voor het jaar 2015 in aanmerking genomen te worden.
5.11.9.Uitgaande van een rekening-courantstand op 1 januari 2013 van NAf. 0 en een in zakelijke verhoudingen in aanmerking te nemen rente van 4%, is belanghebbende wegens een gemiddelde debetstandin 2014 en 2015 een rente verschuldigd van NAf. 17.231 (2014) en
NAf. 38.108 (2015) aan Holding NV. Aan belanghebbende is door Holding NV geen rente in rekening gebracht. Er is derhalve sprake van een bewuste bevoordeling van de vennootschap jegens de aandeelhouder, zodat door de Inspecteur terecht ter zake van de niet in rekening gebrachte rente een winstuitdeling is geconstateerd van NAf. 17.231 (2014) en NAf. 38.108 (2015).
Correctie 4.3.2 Omzet verhuur Bonaire: NAf. 102.201 (2013), NAf. 132.510 (2014) en NAf. 96.959 (2015)
5.11.10. [MT] NV heeft in de jaren 2013 tot en met 2015 om niet een kraan ter beschikking gesteld aan Bonaire NV. Tussen partijen is niet in geschil dat het om niet ter beschikking stellen van de kraan een winstuitdeling tot gevolg heeft. Partijen verschillen evenwel van mening omtrent de hoogte van de winstuitdeling. Volgens belanghebbende is ter zitting van het Gerecht afgesproken dat 25% van de omzet zou worden aangemerkt als de in aanmerking te nemen terbeschikkingstellingsvergoeding en daarmee als winstuitdeling. Het Gerecht heeft de terbeschikkingstellingsvergoeding en de winstuitdeling evenwel bepaald op 75% van de omzet. Ter zitting van het Hof heeft de Inspecteur de lezing van belanghebbende betwist. Volgens de Inspecteur heeft het Gerecht ambtshalve een verdeling gemaakt.
Het Gerecht heeft de winstuitdeling wegens de terbeschikkingstelling om niet bepaald op
NAf. 102.201 (2013), NAf. 132.510 (2014) en NAf. 96.959 (2015).
5.11.11.Naar het oordeel van het Hof dient de winstuitdeling te worden bepaald op de prijs die een onafhankelijke derde voor de ter beschikking gestelde kraan zou hebben betaald. Uit de stukken van het geding volgt dat een kraan zoals die om niet ter beschikking is gesteld, aan een onafhankelijke derde zou worden verhuurd voor een prijs van NAf. 180 per uur. Belanghebbende heeft geen enkele informatie verstrekt over de duur van de verhuur, zodat het Hof daar naar moet gissen. Als er vanuit wordt gegaan dat de kraan 100 dagen per jaar, gedurende 8 uur per dag door Bonaire NV is gebruikt, hetgeen een voorzichtige inschatting is, zou een at arm’s length prijs 8 x 100 uur x NAf. 180 = NAf. 144.000 bedragen. Dit is reeds een hoger bedrag dan het hoogste bedrag dat het Gerecht als winstuitdeling in aanmerking heeft genomen, te weten de in 2014 bepaalde winstuitdeling van NAf. 132.510. Het Hof is dan ook van oordeel dat het Gerecht de winstuitdelingen ter zake van de terbeschikkingstelling aan Bonaire NV eerder tot een te laag dan tot een te hoog bedrag in aanmerking heeft genomen.
Correctie 4.3.3 Kostprijs verkopen: NAf. 166.097 (2015)
5.11.12.Het betreft hier onderhouds- en verbouwingskosten voor een bedrag van NAf. 166.097 ten behoeve van het pand [CC] die Holding NV in het jaar 2015 voor haar rekening heeft genomen. Belanghebbende is juridisch eigenaar van het pand [CC], de economische eigendom is in handen van een SPF waarvan de moeder van belanghebbende de eigenaar is. Het Gerecht heeft geoordeeld dat de Inspecteur het bedrag van NAf. 166.097 terecht als winstuitdeling in aanmerking heeft genomen. Ter zitting van het Hof heeft belanghebbende zich geconformeerd aan de uitspraak van het Gerecht.
Correctie 4.3.4 Verzekeringskosten: NAf. 1.034 (2015)
5.11.13.Ter zitting van het Hof hebben partijen verklaard dat tussen hen niet (langer) in geschil is dat het bedrag van de verzekeringskosten van NAf. 1.034 met betrekking tot de auto van de moeder van belanghebbende die door Holding NV voor haar rekening is genomen terecht als een winstuitdeling in aanmerking is genomen.
Correcties 4.3.5 Reiskosten: NAf. 55.817 (2013), NAf. 55.921 (2014) en NAf. 27.735 (2015) en 4.3.6 Representatiekosten: NAf. 31.327 (2013), NAf. 28.611 (2014) en NAf. 18.182 (2015).
5.11.14.Ter zitting van het Hof hebben partijen verklaard dat tussen hen niet (langer) in geschil is dat 50% van de reis- en representatiekosten, conform het Gerecht heeft geoordeeld, als winstuitdelingen moeten worden aangemerkt.