Conclusie
1.Inleiding
2.Het middel
opzettelijkgebruik heeft gemaakt van een vervalst document.
Parket bij de Hoge Raad
In deze zaak is de verdachte, geboren in 1976, veroordeeld door het gerechtshof ’s-Hertogenbosch voor het medeplegen van opzettelijk gebruik maken van een vervalst geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht. De verdachte heeft op 21 juli 2015 een vervalst document, een verklaring omtrent gezinsinschrijving in het Spaanse bevolkingsregister, ingediend bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst ter verkrijging van een verblijfsvergunning. Het hof heeft geoordeeld dat de verdachte opzettelijk gebruik heeft gemaakt van dit vervalste document, ondanks het verweer van de raadsman dat de verdachte geen opzet had op het gebruik van het vervalste document. Het hof heeft vastgesteld dat van aanvragers van een verblijfsvergunning verwacht mag worden dat zij de nodige zorgvuldigheid betrachten bij het indienen van een aanvraag en zelf de authenticiteit van de bijgevoegde documenten controleren. De verdachte heeft de aanvraag ondertekend en ingediend, waarbij hij bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat er een vervalst document was gevoegd. De conclusie van de procureur-generaal strekt tot vernietiging van de uitspraak van het hof en terugwijzing van de zaak naar het gerechtshof voor herbehandeling. De redelijke termijn voor de cassatieprocedure is overschreden, maar dit kan na terugwijzing aan de orde worden gesteld.