Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Şimleu Silvaniei, provincie Sălaj, Roemenië, (hierna: de uitvaardigende justitiële autoriteit) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
La Chambre du Conseil du Tribunal de Première Instance de Liège, Division Liège,België, heeft beslist over hetzelfde EAB. Daarbij is de overlevering ten aanzien van de gevangenisstraf van 2 jaar en 8 maanden opgelegd bij het arrest met nr. 910/A/2023 van 23 mei 2023 van het Hof van Beroep van Cluj, geweigerd onder gelijktijdige overname van de straf. Die straf is in de uitspraak aangepast naar een gevangenisstraf van één jaar en vier maanden. De overlevering van de gevangenisstraf van 325 dagen is geweigerd en niet overgenomen.
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
4.Aanvullende grondslag en inhoud van het EAB
5.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 12 OLW
Bij welk vonnis en door welke instelling is aan de opgeëiste persoon een gevangenisstraf van (ten minste) 325 dagen opgelegd?
Is hiertegen hoger beroep ingesteld?
Zo ja, door wie? Wanneer en door welke instelling is op dat hoger beroep beslist?
De rechtbank verzoekt de uitvaardigende justitiële autoriteit om ten aanzien van dit vonnis of arrest onderdeel d) van het EAB in te vullen.
Wat was de duur van de opgelegde gevangenisstraf en voor welk strafbaar feit of strafbare feiten is deze gevangenisstraf aan de opgeëiste persoon opgelegd?
Bij welke beslissing is de voorwaardelijke invrijheidsstelling herroepen?
Wat is de reden dat die voorwaardelijke invrijheidsstelling is herroepen?
Indien de reden hiervoor is gelegen in een veroordeling voor het plegen van een nieuw strafbaar feit tijdens die invrijheidsstelling, dan verzoekt de rechtbank de uitvaardigende justitiële autoriteit om ten aanzien van die nieuwe veroordeling onderdeel d) van het EAB in te vullen.
. Bij het strafvonnis nr. 66 van 07.03.2014 van de Rechtbank van Zalău, uitgesproken in zaak nr. 4404/337/2013, werd de beklaagde [de opgeëiste persoon] veroordeeld tot een gevangenisstraf van 1 jaar en 4 maanden voor het plegen van het misdrijf van het besturen van een motorvoertuig op de openbare weg door een persoon die geen rijbewijs heeft.
6.Strafbaarheid
7.De eerdere overleveringsprocedure in België
De Belgische autoriteiten hebben op 01.11.2024 de beslissing tot gedeeltelijke erkenning van de straf meegedeeld, en naar aanleiding van de mededeling van deze beslissing heeft de verzoekende autoriteit (Rechtbank Șimleu Silvaniei - Roemenië)geen certificaat meegedeeld overeenkomstig Kaderbesluit 2008/909/JA1, noch een overeenkomst voor de tenuitvoerlegging van de straf. De verzoekende autoriteit (Rechtbank Șimleu Silvaniei) was niet op de hoogte van het feit dat de veroordeelde persoon uit hechtenis was ontsnapt, overeenkomstig artikel 21-22 van het Kaderbesluit. Nadat de persoon echter op het grondgebied van Nederland was vastgehouden, bevestigde de Belgische autoriteit naar aanleiding van onze verzoeken dat de uitvoering van de gedeeltelijk erkende straf was begonnen (correspondentie van 02.04.2025). Naar aanleiding hiervan werd een nieuwe zaak geregistreerd, om de aan de veroordeelde opgelegde straf te verminderen ten opzichte van de straf vermeld in het Europees aanhoudingsbevel, zal de duur van de door de Belgische staat overgenomen straf worden verkort.
8.Beslissing
zestig dagen