Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Tussenuitspraak 2 juli 2025
4.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, OLW
5.Artikel 11 OLW: detentieomstandigheden Frankrijk
personal spacevan (ten minste een deel van) de gedetineerden aldaar, in het gedrang komen. De rechtbank heeft daarom de officier van justitie verzocht een aantal vragen te stellen aan de uitvaardigende justitiële autoriteit. Deze overwegingen dienen hier eveneens als herhaald en ingelast te worden beschouwd.
personal spacedie gedetineerden in Ducos krijgen, gelet op de overbevolking. Verder is de toegang tot activiteiten buiten de cel niet automatisch gegarandeerd, waardoor onvoldoende compenserende factoren aanwezig zijn om het ruimtegebrek te verzachten. Het door Frankrijk aangehaalde rechtsmiddel voor gedetineerden biedt bovendien slechts achteraf bescherming. Daarmee is er onvoldoende rechtszekerheid en blijft het reële risico op onmenselijke of vernederende detentie bestaan. Overlevering van de opgeëiste persoon naar de detentie-instelling DUCOS op Martinique is daarom niet toelaatbaar. De raadsman heeft zich dan ook op het standpunt gesteld dat aan het EAB geen gevolg moet worden gegeven.
personal space. Daarnaast kunnen gedetineerden blijkens de aanvullende informatie zes uur buiten hun cel doorbrengen. De aanvullende informatie bevestigt dan ook dat de grondrechten in DUCOS niet in het gedrang komen en er geen reëel algemeen gevaar voor gedetineerden in deze detentie-instelling is.
6.Slotsom
7.Toepasselijke wetsartikelen
8.Beslissing
[de opgeëiste persoon]aan het Parket van de rechtbank van Fort-de-France (Frankrijk) voor de feiten zoals die zijn omschreven in onderdeel e) van het EAB.