In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 30 oktober 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen [eiseres] en Dexia Nederland B.V. [eiseres] heeft een vordering ingesteld tot vernietiging van leaseovereenkomsten die haar echtgenoot, [naam], met Dexia heeft gesloten. De overeenkomsten zijn ondertekend zonder schriftelijke toestemming van [eiseres], wat volgens haar in strijd is met de wet. Dexia heeft de vordering betwist en aangevoerd dat de vordering van [eiseres] is verjaard. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [eiseres] inderdaad geen toestemming heeft gegeven voor de overeenkomsten en dat de vernietiging daarvan rechtsgeldig is. De rechter heeft ook geoordeeld dat de verjaring van de vordering niet is ingetreden, omdat deze tijdig is gestuit door acties van Leaseproces, de gemachtigde van [eiseres]. Dexia is veroordeeld tot terugbetaling van een bedrag van € 7.021,83 aan [eiseres], vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. De rechter heeft de vordering van [eiseres] toegewezen en Dexia in de proceskosten veroordeeld.