Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.[verweerster sub 1] ,
LONDON VERZEKERINGEN N.V.,
1.De procedure
- het verzoekschrift, ter griffie ingekomen op 20 juli 2016, met producties;
- het verweerschrift, ingekomen op 3 oktober 2016, met producties.
2.De feiten
- Onder schade aan personen wordt verstaan: schade door letsel of aantasting van de gezondheid van personen, al dan niet de dood ten gevolge hebbend, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
- Onder schade aan zaken wordt verstaan: schade door beschadiging en/of vernietiging en/of verloren gaan van zaken van anderen dan verzekerden, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.”
3.Het geschil
- te verklaren voor recht dat London jegens [verzoeker] aansprakelijk is voor de door [verzoeker] als gevolg van het ongeval van 29 juni 2008 geleden schade en dat London gehouden is deze schade aan hem te vergoeden,
- met begroting van de aan de behandeling van het verzoek verbonden kosten van rechtsbijstand en veroordeling van London in die kosten.
4.De beoordeling
Opmerkingen vooraf
[verweerster sub 1]jegens [verzoeker] aansprakelijk is voor de door [verzoeker] als gevolg van het ongeval geleden schade en dat – met een beroep op artikel 7:954 lid 1 BW – London gehouden is deze schade rechtstreeks aan [verzoeker] te vergoeden.
“In verband met het onberekenbare element dat in de eigen energie van (ook) huisdieren is gelegen, ligt voor de hand dat schade veroorzaakt door dieren regelmatig zal voorkomen. Indien medebezitters daaraan aanspraken jegens elkaar kunnen ontlenen, kan dit leiden tot een toename van claims die moeilijk te beoordelen zijn. Het risico dat een dier schade toebrengt aan een medebezitter, welke schade veelal in gezinsverband zal optreden, valt ook anderszins te verzekeren, bijvoorbeeld in geval van een schade aan de persoon door middel van een ongevallenverzekering.”(r.o. 3.6.4) Het oordeel van de Hoge Raad luidt dat artikel 6:179 BW geen aansprakelijkheid vestigt jegens personen die de hoedanigheid van (mede)bezitter van het dier hebben.