Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 23 december 2015 met producties;
- de conclusie van antwoord in conventie tevens conclusie van eis in reconventie tevens conclusie van eis in het incident met producties;
- de conclusie van antwoord in het incident met producties;
- de conclusie van antwoord in reconventie met producties;
- het tussenvonnis van 23 maart 2016 waarbij een comparitie van partijen is gelast;
- de akte houdende wijziging van eis met producties;
- het proces-verbaal van comparitie van 11 juni 2016 en de daarin genoemde stukken;
- de opmerkingen van partijen over het buiten hun aanwezigheid opgemaakte proces-verbaal;
- de aktes uitlaten producties en reactie op de wijzigingen van eis van beide zijden.
2.De feiten
in alle zaken
the Manager” wordt gedoeld op [A] en met “
the Management B.V.”op Klou :
relating to African Fabrics Finco B.V.” met als partijen Finco, African Fabrics Holding B.V., African Fabrics, ‘
The Original Manager’, Manco, ‘
The Original Manager Shareholder’, ‘
The Investors’, Mano Holding en STAK. Deze luidt (in de versie van 23 november 2012) – voor zover hier van belang – als volgt:
Bad Leaver”shall mean a Manager who becomes a Leaver for any of the following reasons (the “
Bad Leaver Reasons”):
“Good Leaver”shall mean a Manager who becomes a Leaver for any reason or circumstance other than a Bad Leaver Reason.”
vendor due diligenceuit te voeren. Advent heeft een bod uitgebracht van ongeveer € 340 mio, dat niet heeft geleid tot een transactie.
wholesale), gemeten in yards verkochte stof, bedroeg 24,1 mio yards.
on hold’ te zetten. Daarnaast besloot Actis in samenspraak met het management van Vlisco om de strategie voor 2015 te wijzigen: er werd niet langer ingezet op groei, zoals voorzien in het strategisch plan 2014-2018, dat voor 2015 voorzag in
wholesaleverkoop van ongeveer 31,6 mio yards. Ingezet werd op verlaging van de voorraad stoffen met 2,6 mio yards (waartoe in de balans van de jaarrekening 2014 een voorziening werd opgenomen voor te verlenen kortingen in 2015, die vrij kon vallen naarmate de voorraadreductie werd gerealiseerd) en het terugbrengen van het personeelsbestand met 120 personen (van vijf naar vier ploegen in de fabriek in Helmond).
bottum up’analyse van zijn team een gereduceerde
wholesaleverkoop doelstelling van 30.074.000 yards voor 2015 had voorgesteld, heeft [A] eind 2014 een “
new CEO target”gesteld van 28,5 mio yards.
wholesaleteam leidde tot een verkoop volume verwachting voor
wholesalevan 25,9 mio yards en dat het de
wholesaleafdeling zwaar zou vallen de gestelde doelstellingen te halen.
- i) een omzet van € 286,7 mio,
- ii) een EDITDA van € 24,5 mio en
- iii) een negatieve cash flow van € 7,5 mio.
- meer verkopen uit de bestaande voorraad en een verlaging van de productie in Helmond met ongeveer twee miljoen yards tot ongeveer 20,5 miljoen yards;
- een reductie van de vaste kosten in de fabriek in Helmond met ongeveer € 6 mio;
- een reductie van de operationele uitgaven met ongeveer € 5 mio;
- een reductie van de investeringen met ongeveer € 2,5 mio.
- i) een omzet van € 282,7 mio,
- ii) een EDTIDA van € 29,8 mio en
- iii) een netto cash flow van € 8,8 mio.
- i) een omzet van € 289,9 mio,
- ii) een EDITDA van € 30,5 mio en
- iii) een netto cash flow van € 9,5 mio.
- meer omzet (€ 3,2 mio),
- lagere verkoopkosten (€ 2,3 mio),
- minder buitengewone kosten (€ 3 mio),
- minder vennootschapsbelasting (€ 4 mio),
- meer ‘other’ cash flow (€ 4,6 mio) en
- minder investeringen (€ 2,5 mio).
- i) een omzet van € 292,6 mio,
- ii) een EDITDA van € 30,5 mio en
- iii) een netto cash flow van € 9,5 mio.
wholesale) van 24 mio yards, iets minder dan het in 2014 behaalde resultaat van 24,1 mio yards en ook minder dan het in oktober 2014 vanuit de wholesale afdeling genoemde volume van 25,9 mio yards.
wholesaleneerwaarts moest worden bijgesteld, naar 23,6 mio yards.
latest estimate,waarin het budget voor 2015 opnieuw werd beoordeeld en aangepast aan de actualiteit. In de LE1 was een omzetprognose opgenomen van € 287,7 mio, uitgaande van een verkoopvolume van 25 mio yards. Dit resulteerde in een EBITDA van € 27,5 mio. De LE1 is vervolgens op basis van de daadwerkelijk behaalde resultaten bijgesteld per eind mei en eind juni. Daarin werd de voor 2015 geprognostiseerde EBTIDA bijgesteld naar € 25,9 mio (eind mei) en € 26,4 mio (eind juni).
June 2015 Actis valuation report”heeft Actis een EBITDA van € 25,7 mio in haar tussentijdse cijfers opgenomen bij de waardering van Vlisco, met de opmerking:
comments’is opgemerkt:
good leaver” en overdracht van de certificaten van aandelen “
at today’s fair market value” voor een lump sum van € 1.250.000.
Work council adress” toegezonden aan [B] en de CFO – met wie hij deze presentatie gezamenlijk zou geven meteen na het vertrek van [A] . Daarin staat – voor zover hier van belang:
in relation to your resignation as a CEO, consultant and a statutory director from the Vlisco group” (hierna: de beëindigingsovereenkomst). De beëindigingsovereenkomst bevat een rechtskeuze voor Nederlands recht en luidt – voor zover hier van belang – als volgt:
Termination Date”).During the period up to the Termination Date (the “
Termination Period”), a fixed consulting fee of EUR 43,724 ex VAT will be paid in the customary manner on a monthly basis in accordance with the Management Agreement. (...)
close of business(the
“Release Date”) and you agree that your last day at the office will be on the 8th September 2015.
Restrictive Covenants) (...) remain fully applicable. (...)
‘finale kwijting over en weer’) (...)”
3.Het geschil
in de hoofdzaak
in conventie– na wijziging van eis – dat, bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis:
primairvoor recht wordt verklaard dat de beëindigingsovereenkomst is vernietigd door de schriftelijke verklaring van African Fabrics aan [A] en Klou van 18 december 2015;
primairvoor recht wordt verklaard dat de managementovereenkomst is ontbonden door de schriftelijke verklaring van African Fabrics aan [A] en Klou van 18 december 2015;
- iii)
- iv)
in conventieen vorderen – na wijziging van eis –
in voorwaardelijke reconventie– voor het geval de vorderingen in conventie slagen en de beëindigingsovereenkomst niet is vernietigd, subsidair voor het geval wordt geoordeeld dat de beëindigingsovereenkomst wel is vernietigd – dat bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis:
in voorwaardelijke reconventiegemotiveerd .
4.De beoordeling
in de hoofdzaak
vanaf begin 2015 aan de Non-Executive Board en Actis bewust opgepompte misleidende prognoses heeft gecommuniceerd die het moesten doen voorkomen alsof de Vlisco onderneming zelf verwachtte dat zij over 2015 redelijkerwijs een gezond resultaat zou kunnen neerzetten. In werkelijkheid wisten [sic] de Executive Board en de werkvloer dat de door [A] aan de Non-Executive Board en Actis gepresenteerde cijfers onrealistisch en achterhaald waren en nooit zouden kunnen worden gerealiseerd. Daarvan was [A] in alarmerende bewoordingen door leden van de Executive Board en andere werknemers op de hoogte gesteld.”
good leaverwas in de zin van de aandeelhoudersovereenkomst, maar dat hij nu kwalificeert als een
bad leaver.African Fabrics stelt dat [A] wist dat [B] niet op de hoogte was van de relevante feiten die de nu door haar gestelde schendingen van [A's] contractuele verplichtingen opleveren en dat [A] gehouden was [B] daarover in te lichten tijdens de onderhandelingen. Door dit niet te doen heeft [A] in de ogen van African Fabrics zijn spreekplicht geschonden in de zin van artikel 6:2228, lid 1, sub b, BW.
aldus was het voor [A] kristalhelder dat hoewel hij er met kunst en vliegwerk in was geslaagd in de eerste helft van het jaar degelijke resultaten te laten zien wat betreft (enkel) verkoopvolume van het merk Vlisco (niet wat betreft marge en EDITDA), hij daarmee de vooruitzichten voor de tweede helft van het jaar wat betreft omzet, EBITDA en cash flow sterk verder had verslechterd. Bovendien heeft dat roekeloze beleid van [A] de relaties tussen Vlisco en haar klanten beschadigd omdat Vlisco haar eigen problemen bij haar klanten heeft gedumpt.”
good leaveronder de aandelenovereenkomst zou hebben aangemerkt (ii) en de managementovereenkomst niet met een termijn van een jaar zou hebben beëindigd (iii). African Fabrics stelt dat zij bij een juiste voorstelling van zaken de managementovereenkomst per direct zou hebben beëindigd op grond van de artikelen 1.4 en/of 12.1 van die overeenkomst en levering van de door [A] gehouden aandelen en de certificaten van aandelen zou hebben afgedwongen op grond van de artikelen 21.1 en 21.7 van de aandeelhoudersovereenkomst, tegen betaling van een nominale waarde van
zal worden behandeld als good leaver; daarmee is op dit punt met zoveel woorden zekerheid geschapen. Mede gelet op de aan de beëindiging van de overeenkomst voorafgaande discussies en de constatering dat de prognoses te rooskleurig waren – zie hierna in 4.24 – moet het ervoor worden gehouden dat de kwalificatie als
good leaverbij de totstandkoming van de vaststellingsovereenkomst geen vaststaand gegeven was.
opgepompt”en “
opgeklopt”– beeld hebben geschapen en [A] dusdoende bewust een onjuiste voorstelling van zaken heeft gegeven aan African Fabrics.
“wanbeleid”) wordt kwalificeerd. Dat maakt de daarop gebaseerde prognoses echter niet onjuist of misleidend in de zin van artikel 6:2228, lid 1, sub a, BW. Dat geldt temeer nu Actis en de non-executive board, die in januari 2015 de nu door African Fabrics als juist gekwalificeerde koers voorstonden, het budget 2015 hebben goedgekeurd en daarmee hebben ingestemd met de door [A] voorgestelde koers, die daarvan afweek en die – naar zij nu stelt – een inherent risico in zich bergt vanwege de inzet op omzetverhoging. Dat volgens African Fabrics aan de koers van [A] inherente risico’s kleefden, moet destijds bekend zijn geweest bij Actis en de non-executive board of mag bekend worden verondersteld.
achter de broek zat’om de gestelde wholesale doelstellingen te halen. Dat is geen reden om de door [A] gegeven prognoses als onjuist/misleidend aan te merken, net zo min als een eventuele andere visie van [C] op de te varen koers. Hetzelfde geldt voor de door African Fabrics aangehaalde e-mail en de schriftelijke verklaring van [E] , waarin staat dat [A] eind juli 2015 de in de S&OP van 24 juli 2015 voorgestane neerwaartse bijstelling van de verkoopverwachting van het merk Vlisco met twee miljoen yards niet wenste te accepteren. Gedaagden hebben onweersproken toegelicht dat over het al dan niet naar beneden bijstellen van de verkoop verwachting was nagedacht en dat [A] en de CFO hadden besloten om, ondanks de doelstelling om voorraad te reduceren, toch voor extra productie te gaan; daarom heeft [A] op 31 juli 2015 een EBTIDA-prognose (gebaseerd op de verwachte omzet) van € 26,4 mio gepresenteerd.
daadwerkelijke EBITDA prognose”op dat moment vanwege de S&OP van 24 juli 2015 veel lager was dan de door [A] gepresenteerde prognose.
It is not credible to believe”dat een EBITDA van 31 mio voor 2015 realistisch is en geeft daarvoor een aantal argumenten. Hij wijst erop dat daarvoor nodig is dat in de periode augustus tot en met december tweemaal de winst van die periode in 2014 wordt behaald en een subsitianteel hogere omzet dan diezelfde periode in 2014 wordt gegenereerd. Vervolgens betwijfelt hij of dit haalbaar is, aangezien de maand augustus 2015 al slechte verkoopresultaten had laten zien, terwijl “
so far (...) the sales are flat”. Tot slot wijst [D] op de slechte liquiditeitspositie van Vlisco. Met “
[…] had insisted to us that this level of profit is achievable”wordt deze, door [D] niet realistisch geachte EBITDA-prognose aan [A] toegeschreven.
achter de broek heeft gezeten’om de gestelde en overeengekomen doelstellingen te verwezenlijken. Dit geldt te meer nu de non-executive board en Actis zich ook zelf, op basis van de gerealiseerde cijfers, een beeld hadden kunnen vormen van de realiteit van de gepresenteerde toekomstverwachtingen en [A] hierover vragen hadden kunnen stellen.
eventueel op basis van de aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid (artikel 6:248 lid 1 BW), vanzelfsprekend ook de verplichting voor [A] (omvat) om na zijn vertrek niet weer toegang te zoeken en/of te laten creeeren tot documenten van de Vlisco Groep”kan deze stelling haar niet baten als verweer tegen de reconventionele vordering. Ook hier geldt dat niet gesteld is dat [A] voordat duidelijk werd dat African Fabrics haar verplichtingen uit de beëindigingsovereenkomst niet (tijdig) zou nakomen, toegang heeft gezocht tot zijn e-mailaccount en/of op enige andere wijze de beschikking heeft gekregen over de in de procedures ingebrachte documenten.