Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.[eisende partij 1] , te [plaats 1] ,
[eisende partij 2], te [plaats 1] ,
1.[gedaagde 1] , te [plaats 2] ,
[gedaagde 2], te [plaats 2] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 25 juni 2018 met producties 1 tot en met 10;
- de conclusie van antwoord van 24 augustus 2018 met producties 1 tot en met 3;
- het tussenvonnis van 19 september 2018 waarin een comparitie van partijen is bepaald;
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen van 12 februari 2019.
2.De feiten
artikel 4 Eigendomsoverdracht
Geachte heer,
Per email van 18 juli 2017 heeft u de makelaar van cliënten verzocht om een uitstel van 2 weken om een hypothecaire financiering te verkrijgen. De makelaar kon voor nadere uitleg contact opnemen met uw hypotheekadviseur, de heer [A] . Op 2 augustus 2017, 2 weken later, is geen uitsluitsel ontvangen noch heeft u de koopovereenkomst ontbonden.
Cliënten hebben moeten constateren dat u niet aan de sommatie tot afname van de woning aan [adres] hebt voldaan. Namens cliënten ontbind ik daarom hiermee bovengenoemde koopovereenkomst. Cliënten maken, nu u toerekenbaar tekort ben geschoten in onder meer uw verplichting tot afname van de woning en betaling van de koopprijs, aanspraak op grond van artikel 11 van de koopovereenkomst verschuldigde contractuele boete ad € 32.500,-.”
3.Het geschil
4.De beoordeling
Namens cliënten verzoek, en voor zover nodig, sommeer ik u hiermee uiterlijk binnen acht dagen na dagtekening van deze brief uw verplichtingen uit de koopovereenkomst na te komen, in het bijzonder de verplichting om mee te werken aan de notariële afname van de woning tegen betaling van de koopprijs.”, niet alleen ziet op afname van de woning, maar op alle verplichtingen uit de koopovereenkomst en dus ook op het stellen van een bankgarantie c.q. het storten van een waarborgsom. Daar was [gedaagde 1 c.s.] volgens [eisende partij 1 c.s.] mee ingebreke, want dat had uiterlijk 26 juli 2017 moeten gebeuren.
Zoals telefonisch afgesproken (…)”en verwachtte geen antwoord omdat zij, zoals verklaard ter zitting, op verzoek van de makelaar alleen een bevestiging per e-mail hoefde te sturen. Daarnaast is er ook daarna nog meerdere malen contact geweest tussen de makelaar en financieel adviseur [A] over het aankoopproces en is er niet (negatief) gereageerd op de afwijzing die [gedaagde 1 c.s.] op 26 juli 2017 heeft gestuurd. Kennelijk heeft de makelaar niet op enig moment vóór 3 augustus 2017 duidelijk te kennen gegeven aan [gedaagde 1 c.s.] of aan zijn adviseur [A] dat [eisende partij 1 c.s.] niet instemde met uitstel van de termijn voor het inroepen van het financieringsvoorbehoud en dat [eisende partij 1 c.s.] geen genoegen nam met de enkele afwijzing van de ING voor het inroepen van het financieringsvoorbehoud. Onder die omstandigheden is begrijpelijk dat [gedaagde 1 c.s.] zich niet voldoende heeft gerealiseerd dat zij op de datum waarop zij de ingebrekestelling ontving te laat was met het inroepen van het financieringsvoorbehoud. In de ingebrekestelling is voorts niet expliciet vermeld dat [gedaagde 1 c.s.] de verschuldigdheid van de boete kon voorkomen door een bankgarantie te stellen of de waarborgsom te storten. De communicatie van de zijde van [eisende partij 1 c.s.] is op meerdere punten niet duidelijk geweest.
922,00(2 punten × tarief € 461,00)