ECLI:NL:RBDHA:2020:13874
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van AOW-pensioen aanvraag voor eiseres woonachtig op Bonaire
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 23 november 2020 uitspraak gedaan in een geschil over de afwijzing van een aanvraag voor een ouderdomspensioen op grond van de Algemene Ouderdomswet (AOW) door de Sociale verzekeringsbank (Svb). Eiseres, geboren in 1952, woonde sinds 13 juli 2018 in Nederland, maar daarvoor op Bonaire. De Svb heeft de aanvraag van eiseres afgewezen, omdat zij niet als ingezetene kon worden aangemerkt gedurende haar verblijf op Bonaire, en zij minder dan een jaar in Nederland had gewoond voorafgaand aan de AOW-gerechtigde leeftijd. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld, stellende dat de BES-eilanden sinds 10 oktober 2010 als openbare lichamen onderdeel zijn van Nederland en dat zij vanaf die datum als ingezetene van Nederland moet worden beschouwd.
De rechtbank heeft de ontvankelijkheid van het bezwaar van eiseres getoetst en geoordeeld dat de termijnoverschrijding voor het indienen van het bezwaar verschoonbaar was, waardoor het bezwaar ontvankelijk werd verklaard. Vervolgens heeft de rechtbank de argumenten van eiseres beoordeeld, waaronder de stelling dat de AOW ook van toepassing zou moeten zijn op de BES-eilanden. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de AOW niet van toepassing is op Caribisch Nederland, zoals vastgelegd in de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba. De rechtbank concludeert dat eiseres niet verzekerd was voor de AOW en derhalve geen recht heeft op een AOW-pensioen. Het beroep van eiseres is ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.