Op 9 november 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in drie beroepen tegen de omgevingsvergunning voor de oprichting van twee supermarkten op het perceel Houtwijklaan 20 in Den Haag. De beroepen zijn ingediend door Ahold Europe Real Estate & Construction B.V. en Albert Heijn B.V. (hierna: Albert Heijn), Vereniging Wijkberaad Houtwijk (hierna: het Wijkberaad) en Urban Interest Vastgoed B.V. tegen het college van burgemeester en wethouders van Den Haag. De rechtbank oordeelde dat de vergunninghoudster, [derde-partij], geen belanghebbende was bij haar aanvraag om verlening van de omgevingsvergunning, omdat het aannemelijk was dat het bouwplan niet gerealiseerd kon worden zonder toestemming van de eigenaar van het perceel, BPD Ontwikkeling B.V. (BPD). De rechtbank vernietigde het bestreden besluit van het college en verklaarde het bezwaar van [derde-partij] tegen het primaire besluit niet-ontvankelijk. De rechtbank oordeelde dat het college het bezwaar van [derde-partij] had moeten afwijzen, omdat er geen gerechtvaardigd vertrouwen bestond dat het bouwplan gerealiseerd kon worden. De rechtbank heeft de beroepen van Albert Heijn, het Wijkberaad en Urban Interest gegrond verklaard en het college veroordeeld tot vergoeding van proceskosten en griffierechten aan de eisers.