ECLI:NL:RBDHA:2023:8075
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en internationale bescherming in Duitsland; beroep ongegrond verklaard
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 1 juni 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Eritreeër, had op 27 februari 2023 een asielaanvraag ingediend, maar deze werd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft het beroep van eiser op 22 mei 2023 behandeld, maar eiser en zijn gemachtigde waren niet verschenen. De staatssecretaris werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde.
De rechtbank overwoog dat eiser internationale bescherming geniet in Duitsland, wat de reden was voor de niet-ontvankelijkheid van zijn asielaanvraag in Nederland. Eiser voerde aan dat zijn familie in Nederland woont en dat hij zich niet kan ontwikkelen in Duitsland, maar de rechtbank oordeelde dat deze argumenten niet voldoende onderbouwd waren. De rechtbank stelde vast dat de staatssecretaris zich op het standpunt mocht stellen dat eiser een sterkere band met Duitsland heeft dan met Nederland, ondanks de aanwezigheid van zijn familie in Nederland.
De rechtbank concludeerde dat de aanvraag terecht niet-ontvankelijk was verklaard en verklaarde het beroep ongegrond. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gemaakt en eiser werd gewezen op de mogelijkheid om binnen een week hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.