ECLI:NL:RBDHA:2023:8134
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet tijdig beslissen op asielaanvraag; niet-ontvankelijkheid van beroep
In deze zaak heeft eiser op 9 november 2022 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op zijn asielaanvraag, die op 24 april 2022 was ingediend. De rechtbank, zittende in Middelburg, heeft op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De wettelijke beslistermijn voor de asielaanvraag van eiser eindigde op 24 oktober 2022, maar verweerder heeft deze termijn verlengd met negen maanden door de inwerkingtreding van de WBV 2022/22 op 27 september 2022. Hierdoor eindigt de beslistermijn pas op 24 juli 2023. De rechtbank heeft eerder geoordeeld dat de verlenging van de beslistermijn rechtsgeldig was, en ziet geen reden om in deze zaak van dat oordeel af te wijken. Dit betekent dat de ingebrekestelling van eiser, die op 25 oktober 2022 was ingediend, te vroeg was, omdat de beslistermijn op dat moment nog niet was verstreken. Daarom verklaart de rechtbank het beroep van eiser tegen het uitblijven van een besluit op zijn asielaanvraag niet-ontvankelijk. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.