Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 27 november 2024 in de zaak tussen
[eiseres], uit [woonplaats], eiseres
de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, verweerder
Inleiding
Overwegingen
actively worked on specific tasks under my supervision’, maar beschrijft niet waar die taken concreet uit bestonden, wat de werkzaamheden van eiseres waren, hoe veel tijd zij daaraan besteedde, in hoeverre haar werkzaamheden voor een stageopdracht waren of reguliere werkzaamheden voor Drift B.V. Het stageplan dat in de overeenkomst wordt genoemd en waarin het doel van de stage en de activiteiten zouden zijn beschreven, is niet overgelegd. Hoewel de vacaturetekst en werkgeversverklaring een globale beschrijving van de (voorgenomen) activiteiten geven, kan de rechtbank hieruit niet afleiden dat er naast het vergaren van kennis en vaardigheden ook sprake was van het verrichten van productieve arbeid. Dit klemt temeer nu ook de verhouding tussen de hoogte van de stagevergoeding en de activiteiten van eiseres voor 34 uren per week er niet direct op wijst dat eiseres een beloning heeft ontvangen voor het verrichten van reële en daadwerkelijke arbeid. In deze situatie mogen volgens de CRvB aan het bewijs hoge eisen worden gesteld.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 51,- aan eiseres te vergoeden;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 875,-.