In deze zaak heeft eiser beroep ingesteld tegen de minister van Asiel en Migratie omdat deze niet tijdig heeft beslist op de asielaanvraag van 31 januari 2025. De rechtbank heeft de zaak zonder zitting behandeld en vastgesteld dat de beslistermijn is verstreken. Eiser heeft de minister verzocht om binnen twee weken alsnog te beslissen, maar dit is niet gebeurd. De rechtbank heeft het beroep ontvankelijk en kennelijk gegrond verklaard. De minister is opgedragen om binnen zestien weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen op de aanvraag. Indien de minister deze termijn overschrijdt, moet hij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast is de minister veroordeeld tot betaling van de proceskosten van eiser, vastgesteld op € 453,50. De uitspraak is openbaar gemaakt op 11 november 2025.